Deze
keer een mopperblog, Floris Lambrechtsen verwijt etf beleggers
'onverschilligheid' waarop repliek van Andre Maunier van ING duurzaam
beleggen en deze blogger. Sir Ronald Cohen van Big Society Capital
moppert op het gebrek aan innovatie durf en risico angst van de
sociale sector, Jed Emerson en Sarona AM mopperen op de neveneffecten
van internationale hulp en deze blogger moppert op de marktverstoring
van impact investing.
Gelukkig
wordt er ook gewoon aan de weg getimmerd: Franklin Templeton gaat een
beslissing nemen over UNPRI, AXA onderzoekt ESG bonds, Triodos licht
haar investeringsstrategie toe, Robeco is bijna verkocht, de
Financial Investigator besteedt uitgebreid aandacht aan haar Ronde
Tafel over Impact investing en interviewt Harry Hummels en Marleen
Janssen Groesbeek. Van Lanschot promoot II bij vermogenden en
fondsen, HIP investor R Paul Herman heeft tips voor een HOT money
manager, in het VK is een impact meting matrix ontwikkeld en zijn 350
investees onderzocht. En tot slot als case Plan Nederland.
MARKET
Duurzaam
indexbeleggen
8feb13
schreef
Floris Lambrechtsen van Double Dividend (DD)
Indexbeleggen-is-niet-duurzaam,
op IEX.nk
waar hij columnist is over duurzaam vermogensbeheer (dem FD en BNR).
Indexbeleggen het getuigt van onverschilligheid
en je hebt geen stemrecht. De DD
visie is beleggen
in ondernemingen of beleggingsfondsen die een substantiële
inspanning doen om de producten en diensten die ze leveren te
verduurzamen en daarmee een materiële impact hebben op de wereld
als geheel. Lambrechtsen
schreef o.a. mee aan de United Nations Principles Responsible
Investment publicatie over Responsible
investing in passive management strategies (pdf) met een achttal
case studies.
Mijn
reactie dd15feb13
Het
feit dat er duurzame etf's worden aangeboden loochenstraft het
betoog. Duurzaam beleggen is idealiter best in class/impact gericht,
maar de marketing belooft te veel en het marktaanbod te beperkt.
Jammer genoeg doen de duurzame etf's het niet allemaal even goed als
je van duurzaam beleggen mag verwachten. Mijn Europese sustainables
doen het trouwens aardig en keren tenminste uit.
Bovendien kan je de voordelen van duurzaam beleggen (impact, beter rendement en minder risico's) zo combineren met de voordelen van etf beleggen (spreiding, niet emotioneel beheer etc). Ik heb recent een etf European Health Care stocks gekocht vanwege de impact, nav de eerdere FL IEX column over de vooruitzichten van pharma en omdat ik zo kan investeren in aandelen die op NYSE niet verkocht worden (aan/verkoopkosten) of van buiten het euro gebied (currency risk).
Voor
Health is er naast de standaard duurzame informatie bronnen (DJSI,
Triodos, ASN, ASPI, engagementspublicaties etc) een extra benchmark:
de (Nederlandse) Acccestomedicine index. Die kijkt naar wereldwijde
toegankelijkheid van medicatie. Dus niet steeds duurdere medicijnen
voor steeds minder mensen, maar juist het tegenovergestelde: meer
medicijnen voor meer ziekten, voor meer (arme) mensen.
IEX/ndexbeleggen-is-niet-duurzaam/Reacties
ETF is geen beperking
IEX
columnist Manuel Adamini, hoofd ESG-research van SNS Asset
Management, is het ook niet eens met de strekking van Kastrop en
Lambrechtsen. Zijn reactie/conclusie: Een slimme
indexbelegger is alles behalve onverschillig. Hij sluit
controversiële bedrijven uit, stemt weloverwogen op
aandeelhoudersvergaderingen, en spreekt het ondernemingsbestuur
constructief kritisch aan. Het kost alleen wat geduld, goede
contacten, en heldere argumenten. De index belegger als (onverwachte)
activist. Lees de hele
column op IEX/Verantwoord-indexhuggen
MARKET
II
AXA
toetst staatsobligaties aan ESG criteria.
AXA
Investment Management is met ruim 500 miljard Euro onder beheer de
15e grootste investment asset manager in de wereld. Het is een jonge
organisatie, pas opgericht in 1994. Kenmerken zijn actief management
& multi-asset. Het heeft ruim 2000 fondsen onder beheer en werkt
in Noord Amerika, Europa en Azië.
AXA
gaat op verzoek van de clientèle
(in totaal 10.000) ook bij staatsobligaties de ESG-criteria toetsen.
Hun investeerders willen de kans op reputatieschade verminderen,
aanleiding was oa de Eurozone crisis, maar ook de staatsschuld
scenario's voor de VS en Japan vormen een aanleiding. Voor de E
(milieu) kijkt het naar de CO2 uitstoot (bij gebrek aan beter), voor
S (social) kijkt het naar de United Nations Human Development Index
en voor G (bestuur) naar de World Bank Governance Index van
democratische en rechtsstaat kenmerken, politieke stabiliteit en
effectiviteit van het bestuur en corruptie.
Er
zijn 2 invalshoeken: verminderen van het risico management of ESG
overlay dat wil zeggen naast of over een portfolio analyse ESG
criteria toetsen voor het macro economisch perspectief.
Matt
Christensen, wereldwijd hoofd Responsible Investment bij AXA IM. ‘Een
belangrijk punt voor beleggers is de stabiliteit op lange termijn van
de economische en politieke situatie in een land’,
zegt ‘Zo bezien
sluit een ESG-screening op natuurlijke wijze daarop aan. Bovendien
willen veel institutionele beleggers (…) negatieve percepties
voorkomen in verband met een bepaalde activiteit of een bepaald
regime. ... Vooral
de screening van opkomende markten kan nuttig zijn, ‘omdat deze
landen vergeleken met ontwikkelde markten doorgaans zwak scoren op
governance maatregelen, zoals de bestrijding van corruptie’
Bron:
Fondsnieuws google op AXA of
het AXA persbericht
axa-im.com/press-release
110213 Daar staat ook het onderliggende
AXA
Researchpapaper
(16pag. online of als download beschikbaar) asp.zone-secure.net/
MARKET
III
Franklin
Templeton en UNPRI
Het
in 1947 in New York opgerichte Franklin Templeton (FT) is met 727
miljard US$ onder beheer een van de grootste asset managers van de
wereld. Het is ook een van de laatste grote vermogensbeheerders die
UNPRI, de United Nations Principles On Responsible Investment (nog)
niet hebben getekend, maar het neemt nog voor 31maart13 een
beslissing. De klanten hechten er aan.
Volgens
Dirk de Vlaam, hoofd sales en marketing in Nederland begon het met de
pensioenfondsen, gevolgd door de retailbanken die er op aandrongen.
Mn het aandringen van de Rabobank, die een UNPRI voortrekkersrol
vervult, lijkt bij FT de doorslag te geven. Dat de beslissing -voor
alle bedrijfsonderdelen- nog niet genomen werd is opmerkelijk, omdat
FT stelt dat ESG factoren altijd een belangrijke rol hebben gespeeld
in het beleid.
Meer
:
Google Fondsnieuws en Templeton of de Nederlandstalige website van
franklintempleton Noot
van de Blogger:
Daar staat geen enkele informatie over UNPRI, ESG criteria of
duurzaamheid anders dan concurrentievoordeel etc.
MARKET
IV
Triodos
Best in class strategie
In
haar laatste Engelstalige kwartaal(?) Nieuwsbrief
voor particulieren, licht Triodos haar best-in-class
investeringsstrategie voor de Socially Responsible Investing Funds
toe. Een stringent proces verzekert duurzaam succes omdat wordt
geselecteerd op ESG criteria en economische prestaties. De eigen
onderzoeksafdeling selecteert en beslist over elke investering. Die
afdeling is altijd op de hoogte van de laatste inzichten, gegevens en
wetgeving die relvant zijn voor duurzaamheid. De internationald
advies raad vertegenwoordigt deskundigheden op specifieke thema's
zoals klimaat, mensen- en arbeidsrechten, landbouw, stakeholders
dialoog en internationale ontwikkeling.
Het
selectieproces doorloopt uit 3 stappen:
–1-
Bedrijven
moeten minimaal 50% van hun inkomsten halen uit duurzame
activiteiten: diensten en producten die bijdragen aan de gezondheid
en het welzijn van mensen; (Meer in het Engels in Investment
strategy (pfd 4+ pag. NB Er is een aparte paragraaf over dialoog
met ondernemingen gericht op bewustwording, overtuigen en verandering
en ook voor staatsobligaties zijn aanvullende eisen.)
-2-
Bedrijven die niet voldoen aan het 1e criterium kunnen toch
gekwalificeerd zijn als door hun algehele duurzaamheidsscore als
best-inclass (sector) behoren tot de top 50% op basis van 70 algemene
en sectorcriteria die te maken hebben met ESG prestaties (enviroment,
social en governance) dus milieu-, sociaal- en bestuur.
-3-
Bedrijven die voldoen aan de minimum
standaard dat zij geen activiteiten ondernemen die schadelijk zijn
voor mens(en), de maatschappij en het milieu. Meer in het Engels
Minimum
standards (pdf 3pag).
Alleen
als bedrijven stap 1,2, en 3 succesvol hebben doorlopen komen zij in
aanmerking voor investeringen. Delta Lloyd Asset Management neemt die
beslissing op basis van haar financiële
deskundigheid en kennis van de markt(en). Bron:
Triodos
Nieuwsbrief feb 2013. Link
Nieuwsbrief.
MARKET
V
ROBECO
overname bijna rond
Binnen
6 maanden, na de wettelijke goedkeuringen zal de Japanse Orix
Corporation voor 90,01% eigenaar zijn van Robeco, de duurzame
vermogensbeheerder met 189 miljard Euro onder beheer. (+26% ivm
2011).
De
nettowinst steeg met van 134 miljoen Euro naar 197 miljoen Euro. 65%
van de Robeco beleggingen versloegen hun benchmarks (in 2011).
Deal
Orix
betaalt 1,9 miljard Euro voor Robeco en krijgt hiermee voet aan wal
op het vasteland van Europa. Rabobank, de huidige eigenaar, houdt
9,99% van de aandelen. ORIX koop Robeco in het kader van haar Finance
+ Service strategie en de ambities voor internationaal
vermogensbeheer. Robeco blijft juridisch intact evenals het
huidig management.
ORIX
ORIX
onderscheidde zich niet eerder op het gebied van duurzaamheid, het
heeft environment & society beleid en verslagen en een Foundation
die zich richt tegen vreselijke misdaden en op kinderen en jongeren
met nieuwe waarden en voor het milieu. Foundation message.
In haar corporate
philiosophy
geen woord over sustainability.
Wel innovation.
Meer
over ORIX op orix/en/envsoc
MEDIA
Prof
Harry Hummels in Financial Investigator feb13
Hummels
breekt in het interview een lans voor duurzaam of verantwoord
beleggen 2.0. Ondanks het incorporeren van de UNPRI pricipes in
investeringsbeleid stagneert duurzaam ondernemen. Pas als beleggen in
emerging markets inclusief in staatsobligaties volgens de UNPRI
normen groter/groot wordt treedt echt effect op. Maar met de huidige
nadruk op risico minimalisatie zal dat niet snel gebeuren.
Hummels
pleit voor samenwerking van institutionele beleggers zoals de
pensioenfondsen om de zaak weer in beweging te krijgen, door
gezamenlijk op te trekken en niet alleen uitsluiting toe te passen
maar ook engagement en dialoog. Uitsluiting kan ook voorbehouden
blijven voor ondernemingen die wettelijk verboden producten maken
zoals clustermunitie en landmijnen.
Behalve
gezamenlijk engagment kunnen institutionele beleggers -net als PGGM-
een kleine responsible equity portefeuille ontwikkelen. De
kennis en ervaring die hierdoor wordt opgedaan is belangrijk voor de
toekomst en geeft een concurrentievoordeel: bijvoorbeeld als de nu
nog prille impact investing markt efficiënter
en transparanter is geworden. Hummels gaat uitgebreid in op de -naar
zijn mening onterechte- kritiek op microkrediet.
Volgens
hem is een belangrijk verschil dat verantwoord beleggen vooraf
uitgaat van optimale beleggingskeuze op basis van criteria als mens
en milieu, terwijl impact investing ook achteraf meet wat de
feitelijke impact is.
Prof
Hummels is hoogleraar ethiek aan de Universiteit Maastricht, Managing
Director van SNS Impact investing en liaison van het Global Impact
Investing Network. Lees het hele interview
op: FinancialInvestigator
pag 10-12.
MEDIA
II
Marleen
Janssen Groesbeek: rol voor PE en HF in II
Ook
in Financial Investigator feb13 wijst Janssen Groesbeek op het
hardnekkig vooroordeel dat verantwoord beleggen financieel rendement
kost. Financieel analisten en portfolio managers zijn weinig
geïnteresseerd
in strategieën,
ESG rapportages en duurzaamheidsverslagen zelfs van bedrijven die
daarvoor onderscheiden worden. Maar verantwoord beleggen betekent
steeds meer duurzaam, toekomstbestendig beleggen, zeker met de hoge
frequentie van financiële
crises. Diversificatie en een manier om risico te spreiden, maar
rekening houden met ESG factoren ook.
Kansen
en bedreigingen
Private
equity investeerders en hedge fondsen kunnen verantwoord beleggen
stimuleren door hun zachte (PE) of harde aanpak (HF) van het
management en de onderneming. Dat is een veel positievere bijdrage
aan de financiële sector
en de samenleving, dan het onverantwoord volstoppen met vreemd
vermogen (PE) of speculeren op verlies door short te gaan (HF). Iets
waar veel maatschappelijke kritiek op is, maar waar tegen niet of
nauwelijks wordt opgetreden door de wetgever of de belastingbetaler
die de rekening krijgt gepresenteerd.
Marleen
Janssen Groesbeek is bij Eumedion,
de belangenvereniging van institutionele beleggers voor goed bestuur,
verantwoordelijk voor duurzaamheid en de best
practices
voor betrokken aandeelhouderschap. Meer op IINieuws
20juli11. Marleen Janssen Groesbeek is daarnaast oprichter en
bestuurslid van Platform purewinst,
en
columnist bij p-plus.nl
over people-planet-profit en CSR. Lees het hele
interview
op: FinancialInvestigator
pag 30-31. Zie
ook EVENT Verslag
MEDIA III
HIP
R Paul Herman's HOT money Manager
Al
weer een jaar geleden publiceerde The HuffingtonPost een artikel van
R Paul Herman, de HIP (Human Impact & Profit) investor. Dit blog
besteedde in IINieuws
15nov11 aandacht aan zijn investeringsstrategie. In de Linked In
group van Mission Markets is het het best gelezen artikel.
In
het artikel zet Herman uiteen hoe beleggers kunnen
beoordelen of hun money
manager HOT is: Honest,
Open en Trustworthy. Zijn
ze open over hun hele leven, niet slechts hun financiële
deskundigheid, kloppen hun cv's/credentials?
Zijn ze transparant, in jaarverslagen of op hun State
of de Securities Exchange Commission website (AdviserInfo.SEC.gov)
of als handelaar op FINRA.org.
(VS) Daar staat o.a. de omvang van de
assets
under management (AUM). Investeert de money manager is zijn eigen
fonds(en)? Zijn de werknemers gelukkig, i.e. wat is de score van het
bedrijf bij benchmark voor populaire werkgevers, is uw
beleggersprofiel in kaart gebracht (doel, tijdshorizon, risico etc)
en is daarbij gevraagd naar uw eigen deskundigheid en ervaring? Is men
klantvriendelijk. Is men open over het investeringsbeleid? De
gebruikte data en de risisco's en kansen door human,
social en environmental
factoren naast de financiële
downside
& upside?
Op
de site van R Paul Herman neemt impact investing tegenwoordig een
prominente plaats is. Staat bovenaan op:
HIPinvestor.com/how-to-be-an-impact-investor
II
THINKING
De
sociale sector: risico en falen hoort erbij
Sir
Ronald Cohen gaat onvermoeibaar door met zijn II promotie campagne op
het Harvard Business Review blog. Deze keer pleit hij met zijn Big
Society Capital partner William Sahlman voor een
mentaliteitsverandering bij de sociale (non profit) sector. De vorige
keer voorspelden ze dat Impact Investing (II) op hetzelfde punt staat
als venture kapitalisme (VC) 35 jaar geleden. Zie IINieuws
1feb13.
II
kan net als VC: de beste kansen identificeren, de juiste mensen
steunen en ondernemers helpen slagen. Ofwel investeren in
experimenten en de ondernemers verdienen die tijd/aandacht en extra
investering door hun behaald resultaten. Maar er is ook altijd de
kans op een mislukking, bij VC is de afgelopen jaar de helft van de
experimenten mislukt. Niet door non moral - incompetentie,
misleiding of anderszins onoirbaar- gedrag, het hoort er bij, is een
nuttige leerervaring en wordt dus ook geaccepteerd.
Bij
de sociale, non profit, filantropische sector is echter sprake van
het tegenovergestelde: grote angst voor mislukking en sterke
risicomijding. Maar sociale ondernemers ook zij die net beginnen en
de filantropische instituten die hen (financieel) ondersteunen
verwachten vooral voorspelbaarheid. Maar als social impact
organisaties willen opschalen op dezelfde manier dat (technische)
ondernemingen dat doen, moeten investeerders hun tolerantie voor
non-moral falen vergroten.
De
sociale sector moet beginnen aan een tijdperk van experimenteren en
innoveren als het sociale problemen wil oplossen. We moeten
investeren in veel creatieve high
potential social ventures
die kunnen mislukken en we moeten stoppen met de investeringen in
moeizame opererende ondernemingen,omdat we ze niet willen zien falen.
En weer gaan investeren als ze geleerd
hebben van hun mislukking(en). Slimme mensen zullen eerder disruptive
change
willen proberen als ze weten dat ze niet afgestraft worden als het
niet (meteen) lukt.
Venture
capital is actief gefaseerd betrokken kapitaal om high-potential,
high-uncertainty investments
te vermenigvuldigen. Mislukkingen zijn onvermijdelijk en gezond.
Impact investing moet ook zo worden, dat is de enige manier dat
vermogensfondsen en financiers sociale impact kunnen maximaliseren.
Met
dank aan de tip van Stephanie Jacobi op het Impact Investing Forum
(closed group) op Linked In.
II
THINKING II
Mopperen
op II marktverstoring (of: me to!)
De
insteek van impact investing is het behalen van financieel rendement
èn sociaal en/of milieu impact. Te mooi om waar te zijn?
Problemen en bijbehorende maatschappelijk kosten zijn er genoeg, dus
waarom is II niet allang markt overheersend?
Er
zijn een aantal opvattingen over duurzaam beleggen en impact
investing die de marktontwikkeling verstoren óók
als ze de marktontwikkeling willen versnellen, wat ze ook zeker doen.
Zonder al het geld en de tijd die in de ontwikkeling van de
microkredietsector zijn gestoken was deze markt -nu met een omvang
van 75 miljard US$- nooit van de grond gekomen.
Het
financieel rendement van impact investing kan onder relevante
benchmarks* liggen, omdat de investeerders daar voor kiezen. Men is
bereid lager financieel rendement te accepteren om de beoogde impact
te creëren.
Dit
is vooral een beetje ouderwets duurzaam beleggen en vaak ingegeven
door veelal religieuze of morele overwegingen. Bijvoorbeeld
het Leger des Heils communiceert o.a. dat het nu nog zo denkt(!), maar
alloceert toch 5% van haar 116 miljoen vermogen voor impact
investing. Daarvan is eind 2011 2,4 miljoen euro als impact
investment belegd, o.a. In microkrediet. IINieuws-15nov2012
In
Nederland beheerst ouderwets duurzaam beleggen tegen lager financieel
rendement een groot wellicht, het grootste deel van de markt, zeker
wat de investeringsmogelijkheden voor particulieren betreft.
Beleggingsfonds Oikocredit, geïnspireerd
door de Wereldraad van Kerken, investeert in duurzame landbouw en
microkrediet tegen -altijd- 1,5% rendement. Triodos Bank biedt
diverse antroposofisch geïnspireerde beleggingsproducten met
wisselende rendementen, net de ASN Bank die meer politiek en/of
ideologisch bepaald beleggen aanbiedt. Beide banken hechten meer aan
duurzaamheid en impact dan aan het financieel rendement. Beleggers en
spaarders worden aangemoedigd winst of rente te schenken aan goede
doelen. Duurzaam beleggen door particulieren blijft dan ook klein
(VBDO jaarcijfers voor 2011 zie IINieuws
1mei12) Deze drie partijen samen zijn in Nederland de
belangrijkste aanbieders en uitvoerders van (best-in-class)duurzaam
beleggen en impact investing voor particulieren en goede doelen**.
*Een
relevante benchmark kan zijn vergelijkbare investeringen in emerging
markets, de regio of sector waarin wordt geïnvesteerd etc.
**
Triodos Bank werkt samen met ABNAMRO MeesPierson voor vermogende
particulieren. De SNS Bank heeft als enige een afdeling impact
investing management die marktconform rendement nastreeft, maar dit is
voorbehouden aan grote institutionele beleggers en zeer vermogende
particulieren.
Marktverstoringen
bij impact investing
De
impact investing markt wordt verder beïnvloed door filantropen
of vermogensfondsen voor wie het niet veel uitmaakt of ze het geld
weggeven of er nog iets van terugzien, doordat een lening wordt
terugbetaald, of een investering rendement oplevert. In Nederland is
in tegenstelling tot de VS ook geen enkel fiscaal voordeel voor
stichtingen en fondsen om hun vermogen te beleggen in lijn met de
missie. Winst maken is uit den boze en wordt fiscaal bestraft.
NB
Er is een vrij uniek vermogensfonds in Nederland: de Startfoundation,
die structureel ruim 20% extra bestedingen budget creëert
voor haar doelstelling 'werk voor mensen met een afstand tot de
arbeidsmarkt'. De Startfoundation geeft naast giften ook (goedkope)
leningen aan ondernemers. In 2011 werd 535.000 euro van deze leningen
afgelost. Jammer genoeg heeft de Startfoundation -bij mijn weten- nog
geen navolgers die net zo transparant zijn als zij is.
Impact
investors die impact belangrijker vinden dan het financieel
rendement, kunnen kiezen voor een investering die hoge (voorlopige)
impact resultaten laat zien en opschaling belooft en minder
financieel rendement oplevert. Of ze nemen extra risico door te
investeren in een nog onbewezen business model dat belooft heel veel
impact te genereren.
Vermogensfondsen
kiezen hun impact investeringen in lijn met hun missie en dat beperkt
zowel de investerings- als de spreidingsmogelijkheden. De stap om dan
in financieel minder goede deals of met een hoger risico te stappen
wordt dan kleiner.
Een
reis van 1000 km begint bij de eerste stap en impact investing begint
ook bij mogelijke investeringen onderzoeken en vervolgens aan de slag
gaan. De markt is echter onontwikkeld en ondoorzichtig en
traditionele financiële dienstverleners zijn huiverig en bieden
niets, weinig of pas na stevig aandringen. Maar je moet ergens
beginnen en dat is dus in een inefficiënte
niet altijd of meteen een succes.
Er
is een groep impact investeerders die het belangrijk vinden om de
ontwikkeling van de impact investing industrie te versnellen en
daarvoor bereid zijn minder rendement te
accepteren en meer risico te nemen. Meer deals, grotere deals of het
openen van regio's en sectoren voor impact investing is het doel.
Door
de effectieve marketing van het begrip impact investing is interesse
in en de vraag naar impact investing groter dan het aanbod. Hierdoor
wordt meer geld voor impact investing gealloceerd dan de markt
eigenlijk kan absorberen. Ook worden bestaande
investeringsmogelijkheden aangeboden als impact investments vanwege
ogenschijnlijk overeenkomende kenmerken maar echte impact meting en
verantwoording ontbreekt nog. Daar dreigt een II bubble.
Impact
Investing nu
Volgens
onderzoek eind 2012 door JP Morgan en the Global Impact Investing
Network meent 60% van de impact investors dat impact investing niet
onder relevante benchmarks hoeft te presteren. Driekwart
van de impact investeringen bestaat uit schuld, slechts een kwart is
-evt actief betrokken als mede eigenaar (PE)- investeerder. Meer:
in JP
Morgan Social Finance en Global
Impact Investing Network Perspectives
on Progress, ervaringen,
verwachtingen en percepties van 99 impact investors in 2012 en hun
plannen voor 2013. Of
14dec2011 Insight
into the Impact Investment Market, An In-Depth Analysis of Investor Perspectives and Over 2,200 Transactions door Yasemin Saltuk (JP Morgan Social Finance) Amit Bouri en Giselle Leung van theGIIN. Impact investors anno
2013 gaan niet alleen voor gebenchmarked financieel rendement, maar
vaak een beetje meer, omdat het selecteren van goede impact
investeringen meer tijd en deskundigheid kost en die moet ook worden
terugverdiend.
Impact
investing meet net zo gedetailleerd de bereikte impact en de
opschalingspotentie als het financieel rendement. Hiervoor zijn de
online kosteloos beschikbare Integrated Reporting en Investments
Standards IRIS ontwikkeld. En
worden nog steeds verder ontwikkeld voor verschillende sectoren en
regio's. Op basis van deze standaarden is het Global Impact Investing
Rating System GIIRS opgezet. Q3-2012
rapporteert 331
impact ondernemingen (veelal in de VS en nog 153 in de pipeline)
met een
omvang van 4miljard US$ impact investments. De 36
GIIRS impact investing fondsen investeren meer dan 1,1miljard US$. De
meerderheid mikt op 11-25% rendement, de gemiddelde investering is
tussen de 1 en 5 miljoen US$ en meer dan de helft richt zich op
diensten voor de 'underserved'.
Toekomst
Ondanks alle marktverstoring, vaak 100% gelegitimeerd door nobele, morele, praktische of statutaire bedoelingen, ontwikkelt zich een financieel gezonde en impactvolle impact investing markt.
Ondanks alle marktverstoring, vaak 100% gelegitimeerd door nobele, morele, praktische of statutaire bedoelingen, ontwikkelt zich een financieel gezonde en impactvolle impact investing markt.
Meer
over niet financieel duurzame motieven voor impact investing in From
blueprint to
scale The
Case for Philanthropy in Impact Investing door
Harvey
Koh, Ashish Karamchandani, Robert Katz Monitor Group Inclusive
Markets (April 2012).
EVENT
Verslag
FI
Ronde Tafel over II
FINANCIAL
INVESTIGATOR (FI) Magazine organiseerde en Ronde Tafel over II. De
veelzeggende titel: II is de volgende fase van verantwoord beleggen?
De
deelnemende experts: Ir Evaline Eelnes, A&O services BPF
schilders,
Steven
Evers van triplejump
microkrediet fondsbeheerder, Triple Jump, Marleen Janssen Groesbeek
Platform Pure Winst/Eumedion (zie MEDIA) , Floris Lambrechtsen Double
Dividend (zie MARKET), Martine Menko onder meer II bij het
pensioenfonds Vervoer, Huib Jan de Ruijter, Financiële Markten
FMO en Ian Simms, Impax Asset Management Group (alternatieve
energie). Erik Jan Stork, APG. NB
Op pag 37 geven een aantal hun definitie van impact investing.
In
de discussie aan de hand van vragen van FI gaat het onder andere
over: de business case van duurzaam ondernemen en de druk die
investeerders kunnen uitoefenen, de armoede
van uitsluiting als strategie, tegenover de positieve bijdrage die II
beoogt/ Dat voor pensioenfondsen de doelstelling moet zijn voldoende
vermogen te hebben voor de verplichtingen en niet winstmaximalisatie
en dat pensioenfondsen binnen hun sector of omgeving een rol kunnen
spelen (Eelnes). Het risico van II is vaak lager dan verwacht (de
Ruijter FMO), kan II een rol spelen in het risicobeheer (Simms).
Wordt
impact een onderdeel van fiduciair beheer? (FI)
het beperken van negatieve impact is zeker een onderdeel van
fiduciair beheer (Menko), negatieve impact voorkomen is zowel
risicomanagement als fiduciair beheer (Eelens), Stork wijst op II
innovaties zoals de publiek-private (P-P) samenwerking in het VK die
verder ontwikkeld is dan in Nederland, maar oa bij infrastructuur een
belangrijke rol kan spelen. Simms (IAMG) vult aan dat in het VK ook
scholen P-P gefinancierd worden worden.
Belangrijke
II asset classes (FI) zijn
voor Evers (Triple Jump) uiteraard microkrediet, inkomen (voor de
armsten / BoP), financial
inclusion toegang tot
financiële
dienstverlening, maar eigenlijk alle basisbehoeften: huisvesting,
onderwijs etc. Lambrechtsen (DD) geeft aan dat 6% van het beheerde
vermogen in BoP equity en leningen zit maar 20% in grote
(best-in-class) ondernemingen die ook worden beoordeeld op hun
negatieve impact. Stork geeft aan dat 20% van het APG mandaat in
typische II sectoren is geïnvesteerd,
zoals alternatieve energie, afvalverwerking, waterzuivering,
onderwijs en gezondheidszorg en APG was ook betrokken bij GRESB,
waarin vastgoed wordt beoordeeld op milieuprestaties voor energie en
water. Simms zoekt investeringen waar minstens 50% van de inkomsten
uit milieutechnologie komen.
II
meting en eisen
De
Ruijter merkt op dat hoewel impact meten verder weg moeilijker, FMO
ziet dat impact en goede financiële
prestaties vaak hand in hand gaan Eelens (A&O) beaamt dat. Menko
ergert zich aan de hoge eisen aan impact investing in vergelijking
met mainstream investeringen. Stork (APG) pleit voor transparantie
van institutionele investeerders over hun impact investeringen en
definities. De zoektocht naar goede meetmethoden en benchmarks voor
II is lastig, omdat het een container
begrip is, benchmarken naar asset class een sector zijn logischer
(Menko). Het mandaat actief of passief stuurt: geeft verplichtingen
en vrijheden (De Ruijter, FMO).
Samenwerking
en randvoorwaarden
(Pensioensfondsen)
deelnemers kunnen hun II agenda bepalen, maar ook wereldwijde
problemen zouden leidend kunnen zijn bij prioritering (Lambrechtsen
DD).
Toezichthouders en
overheden zouden een meer stimulerende en faciliterende rol kunnen
spelen bij de ontwikkeling van II,
Lees
het hele verslag op: FinancialInvestigator
pag 36-45. In het Magazine gesponsorde bijdragen over duurzaam en ESG
beleggen.
II
MARKETING MWI's
Van
Lanschot's MWI's: a million worth individuals
Van
Lanschot bankiers presenteerde eind oktober 12 Vermogen in Nederland
Dutch Wealth Report 2012, een vrij uniek onderzoek naar de
Nederlandse miljonair, vol aardige weetjes en interessante en soms
heel verrassende cijfers. De Nederlandse miljonair is man, 50+, vaak
gehuwd, de helft heeft het vermogen zelf opgebouwd en 42% is
universitair opgeleid. De miljonair woont met mede-welgestelden in
het Gooi, Amsterdam Zuid, Wassenaar, Bloemendaal etc., rijdt Duits:
BMW (10%), Volkswagen (9%), Audi (7%), Mercedes (6%). Nederlandse
miljonairs zijn gelukkig, vooral naarmate ze wat ouder zijn en niet
krakkemikkig, en gul: ze delen met hun familie en vrienden en geven
gemiddeld 10x meer dan de gemiddelde Nederlander.
Bezit
en beheer
De
miljonair bezit gemiddeld 2,9 miljoen Euro verdeeld over aandelen en
obligaties (62%), onroerend goed (19%), bank- en spaartegoeden (13%),
roerende zaken (4%) en ondernemingsvermogen (2%). Driekwart (!) van
de miljonairs spreidt het vermogen over verschillende banken en/of
vermogensbeheerders, de helft belegt ten minste een deel van het
vermogen zelf en een derde geeft het beheer van vermogen gedeeltelijk
uit handen. Men streeft vooral naar vermogensbehoud en 40% heeft geen
financieel plan.
Impact
Investing:Bespiegeling
door van Lanschot
Impactinvesteringen, waarmee privaat
kapitaal wordt gemobiliseerd, worden gezien als een interessant
alternatief om bepaalde (hardnekkige) maatschappelijke problemen aan
te pakken die overheden en goede doelen organisaties niet alleen kunnen
oplossen. Met name in de Verenigde Staten is een toenemend
aantal particuliere investeerders bereid om financiële
middelen ter beschikking te stellen voor dit soort
impactinvesteringen. Impactinvesteringen worden daarom ook gezien als
een opkomende beleggingscategorie voor vermogenden8 (door
JP Morgan). Wij verwachten dat deze trend zich ook in
toenemende mate in Nederland zal manifesteren, zeker in
maatschappelijke velden waar de overheid zich in toenemende mate
terugtrekt of onvoldoende initiatieven ontplooit.
Rapport
vanlanschot/vermogeninnederland
Van
Lanschot
Van
Lanschot, dat hier toch actief lobbyt voor II, werkte niet mee aan
het VBDO onderzoek naar Nederlandse vermogensbeheerders en duurzaam
beleggen en impact investing. Zie IINieuws15nov12
Medio
2012 organiseerde van Lanschot een masterclass voor
verenigingen en en stichtingen over governance en impact
investing. Sprekers waren naast van Lanschot medewerkers de directeur
van toeleverancier software en CRM-diensten Ifunds en Diederik Slot
van de Porticus Foundation* Slot presenteerde het onderdeel Impact
Investing waarna de aanwezigen zich in werkgroepen bogen over een
gerelateerde businesscase. Na presentatie van de resultaten bleek dat
er moet nog veel gebeuren wat betreft Impact Investing en Mission
Related Investments. Fondsen moeten hun kennis over deze onderwerpen
vergroten door nauw samen te werken en gezamenlijk te experimenteren.
Dit zouden zij kunnen betalen door elk een klein deel van hun
vermogen beschikbaar te stellen.
*online
onvindbaar schijnbaar gerelateerd aan de Anthos bank van de familie
Brenninkmeijer. Rapport:
vanlanschot/masterclass--governance-en-impact-investing
II
METRICS
II
metrics op zijn Europees
In
het VK hebben
New Philanthropy Capital (NPC), Big Society Capital en Deutsche Bank
een
partnership
opgericht
Evidencing
Social Value dat
modellen ontwikkeld voor impact meting. De outcomes*
van social
investing
worden gemeten door 65 criteria, een gegeven waarvan Tim Lumley van
NPC zegt dat er vast velen zullen zijn die dat te weinig en
simplistisch vinden. De outcomes zijn onderverdeeld in impact op -1-
Individuals -2-
families & children en -3-
communities, sectors & society. Vervolgens wordt op 13 werkvelden
gekeken naar het effect o.a. Onderwijs, werk, huisvesting,
(geestelijke) gezondheid, criminialiteit, cultuur, klimaat etc. De
matrix staat hier: bigsocietycapital/outcomes-matrix.
Of op met een toelichting goodinvestor/outcomes-matrix
Dezelfde
drie hebben the Good Investor Guide (jan 2013, 94pag) ontwikkeld met
input van bekende impact investors als NPC, het SROI Network, Big
Issue Invest, Big Society Capital, Bridges Ventures, CAF Venturesome,
Deutsche Bank (?), Esmée Fairbairn Foundation en diverse
overheidsinstellingen. De Guide laat zien hoe outcome / impact in
te passen in het investeringsproces zoals leads, screening &
analyse, investeringsbeslissingen, monitoring, evaluatie en
rapportage tot aan het outcome / impact (eind)resultaat.
The
Guide pdf download-the-good-investor
of de website goodinvestor/what-is-a-good-investor
*
Outcome of Impact wordt geformuleerd als de optelsom van output +
effect – geen interventie, ofwel wat was er gebeurd als er
niets was gedaan.
New
Philanthropy Capital, UK is opgericht om
goede doelen en donoren te helpen meer impact te genereren. Het is
een denktank, onderzoekt, publiceert en organiseert evenementen over
impact bereiken. Meer op Wikipedia/New_Philanthropy_Capital
Big
Society Capital, UK is een investeringsfonds olv Sir Ronals Cohen
(zie MEDIA) gevormd door slapende/vergeten banktegoeden en 4
Highstreet
banken
voor (social) impact investing. Meer in IINieuws en IINieuws
Deutsche
Bank profileerde zich niet eerder op impact investing
Social
Investment Group, UK
FACTS
& FIGURES II in Chari's
II
in chari's: Social Investment Business Group
De
Social Investment Business Group, UK (SIBG) heeft de afgelopen 10
jaar zo'n 160 miljoen UK£
geïnvesteerd
in de sociale sector. De ervaring is dat de financiële
data vooral focust op de omvang van de investering en dat de
integratie van outcome of
impact data (kwalitatief en kwantitatief) nu belangrijker wordt. Due
diligence kijkt nu meer
naar de ontwikkeling en voortgang van de uitvoerende sociale
organisatie of het programma en de resultaten voor de doelgroep(en).
SIB
werkt samen met Investing for Good voor een model om hun investees
te beoordelen op de outcome
doelgerichtheid
en hun gebruikte meetmethodieken. Een onderzoek onder 350+ huidige
investees
toonde aan dat als werd gekeken naar hun risico rating er geen
relatie was met ambitie en activiteiten van de organisatie om outcome
/impact
te meten. Aan de andere kant bleek dat laag financieel risico geen
hogere outcome
/ impact
betekende.
De
sector waarin een investee
actief is (onderwijs, gezondheidszorg etc) is belangrijker dan de
omvang van de organisatie en hun toewijding om outcome
/ impact
te meten. Tegelijkertijd bleek dat 4/5 van de micro organisaties
minder toegewijd zijn wat betreft het meten van outcome
/ impact
maar hoe groter een organisatie hoe groter de toewijding. Ook daar
had de sector waarin men werkt een positieve invloed. SIBG gaat
verder met het onderzoeken van haar portfolio om aanbevelingen te
doen aan investeerders en het ontwikkelen van nieuwe producten.
Bron:
investmenteurope.net/social-investment-grows-up-as-uk-groups-lead-with-ways-to-measure-impact
Meer op sibgroup
GELEZEN
Private
Equity in Emerging Markets, Exits from Aid, Steps Toward
Independence, Impact Assets
Issue Brief # 6 door Gerhard Pries en Vivina Berla van Sarona
Asset Management Inc. En Jed Emerson VP Impact Assets. (juli 2012)
Vanuit
impact investing optiek kijken naar private equity (PE) investeringen
in emerging markets (EM) is een logische insteek omdat het overgrote
deel van impact investing (II) plaatsvindt buiten de publieke equity
markten en in emerging countries omdat veel II gericht is op
inkomen voor mensen in ontwikkelingslanden.
De
samenwerking met
Sarona AM
is interessant omdat Sarona bijna een vaste (gast)spreker is op
Robert Rubinsteins TBLI conferences. Sarona is een boutique
private equity firma, die groei kapitaal investeert in ondernemingen
en private equity fondsen in frontier
en
emerging
markets
in de hele wereld. Sarona focust op kleine tot middelgrote
ondernemingen die zich richten op de middenklassen in die markten.
Het doel is superior
returns
behalen door world
class companies
te creeren die
highly progressive business strategies
en the
highest standards of business, ethical, social and environmental
excellence
ten toon spreiden. Sarona heeft 60 jaar ervaring. Saronafund
Investeren
in EM's in ontwikkelingslanden werd volgens de auteurs lang gezien
als een risicovolle investering op de lange termijn. Door de crisis
van 2008 veranderde deze visie omdat daarna het groeiperspectief voor
ontwikkelde markten verslechterde. De volatiliteit van de
ontwikkelde kapitaalmarkten heeft geleid tot wisselende rendementen
maar EM's waren minder volatiel en toonden stabielere rendementen.
Noot
van de Blogger
volgens de beleggingsassistent
deden EM beleggingsfondsen het in 2008 het slechts van allemaal met
-60%.
Private Equity (PE) was niet immuun, maar minder gevoelig dan de
public equity markt en ook stabieler. EM + PE = sterkere groei +
lagere volatiliteit. Maar EM + PE = ook II sociaal en/of milieu
impact.
De
auteurs kijken voor hun issue brief naar 4 aspecten:
-1-
kapitaalbehoefte;
-2-
groei en rendement kansen;
-3-
efficiëntie kansen in inefficiënte markten; en
-4-
de impact kans(en).
-1-
De kapitaalbehoefte in EM's is groot: niet alleen aan de
onderkant waar mensen noodgedwongen micro entrepreneur zijn en
behoefte hebben aan micro krediet, maar bij de Smalle & meduim
sized enterprises (SME's) die de groeiende middenklasse voorziet van
diensten en producten. Lokale productie en distributie is goedkoper
en effciënter maar er is onvoldoende investeringskapitaal om in
die behoefte te voorzien.
-2-
EM's doen
het beter dan developed
markets (DM) qua groei
en de verwachting is dat dit zo blijft. De groei in EM wordt geschat
op 6% tegen 1% in DM's. Het aandeel van de middenklasse in de
wereldbevolking zal hard groeien. In 2005 werd de omvang geschat op
ruim 50% en in 2025 is het bijna 80% van de markt. De informele
economische sector krimpt van 47% in een low income country naar 31%
in een middel income country en 13% in en high income country. SME's
groeien van 16% naar 39% en 51%. Others, de grote en internationale
bedrijven, doorlopen een groei en een daling van 37% naar 30% en 36%
in high income countries.
SME's
zijn een belangrijke motor voor economische groei, dit argument wordt
op meerdere plekken in de issue brief nog eens onderstreept met
opmerkingen over de groei die ze creëren voor lokale
toeleveranciers en lokale kopers. Meer werkgelegenheid creert meer
inkomen en koopkracht en SME's creëren meer werkgelegenheid dan
micro- of grote ondernemingen.
-3-
Efficiëncy kansen in Inefficiënte markten. EM's worden
gezien als minder transparant, minder liquide en minder betrouwbare
toegang tot informatie. Investeerders met kenis en ervaring kunnen
deze benutten, ook in deze markten.
-4-
Impact kansen. Investeren in EM's betekent investeren in lokale
ondernemingen, dus economieën, werkgelegenheid, inkomen,
koopkracht voor consumenten en b-to-b, meer belastinginkomsten, meer
openbare voorzieningen en meer democratie want belastingbetalers
eisen transparantie en inspraak. (the reverse of “No
Taxation, No Representation”). Er zijn extra impact kansen
in sectoren als onderwijs, gezondheidszorg, huisvesting, schone
energie, en enabling (?) technologie sectoren die de levens
van miljoenen mensen verbeteren.
Private
Equity
PE
investeert slow of patient, geduldig
kapitaal in zorgvuldig geselecteerde ondernemingen mede op basis
van controle mogelijkheden en overeenkomende visie Dat kunnen ook
visies zijn die uitgaan van duurzaamheid, impact etc. Investeerders
in publiek equity (obligaties, aandelen) jagen wereldwijd kort
termijn rendementen en benchmarks na waardoor grote beursgenoteerde
ondernemingen met kwartaalcijfers hun aantrekkelijkheid moeten
bewijzen. Noot van de Blogger:
Maar kan -daarnaast- ook gebaseerd zijn een
investeringsstrategie (keuze van investees) zijn die uitgaat van
sector met 'impact', duurzaamheid, visie etc.
Bedachtzame
PE heeft de potentie om de afhankelijkheid van ontwikkelingslanden
van internationale hulp en filantropie te verminderen en dat is
belangrijk als grote donoren hun grants -door de crises- (moeten)
verminderen Noot van de Blogger
of nu in Nederland de overheidssteun aan particuliere
ontwikkelingsorganisaties i.e. medefinancieringsbudgetten ingekrompen
zijn.
De
4 genoemde EM factoren zijn voor PE investeerders een aantrekkelijke
optie, alleen al om hun portfolio te verbreden i.e. Te diversificeren
en risico te spreiden door selectieve ESG gerichte investeringen. Dit
is geen theorie meer, het Institute of International Finance schat
dat in 2011 910 miljard US$ van private investeerders in EM's
geinvesteerd werd tegen 580 miljard US$ in 2009.
De
toegevoegde waarde van PE voor EM's en II zijn legio, want PE
kenmerken zijn: slim kopen/investeren, strategische focus,
optimaliseren van de kapitaalstructuur, verbetering van de
bedrijfsvoering, het verdienmodel en de marges en succesvolle exits.
Vervolgens komt een lijstje anti hulp argumenten, dat ik toch maar
even opneem (omdat ik dit zelden tegenkom) waaronder dat de
ontwikkeling groei en hulp niet parallel loopt (duid op
inefficiëncy). Daarnaast kan hulp: afhankelijkheid creëren,
marktwerking verstoren, negatieve incentive zijn, belastinginkomsten
doen afnemen, vluchtige kapitaalstromen veroorzaken, ondermijning van
de (verstand)verhouding van de bevolking en haar eigen overheid,
impact creëren die niet duurzaam of opschaalbaar is en het
onttrekt talent aan de profit sector, naar niet duurzame non-profit
organisaties. Noot van de Blogger
Zo gepeperd kom ik het in Nederlandse media zelden tegen. De
relatie tussen een investeerder-investee is meer gelijkwaardig i.e.
even afhankelijk van elkaar dan de relatie gever-ontvanger, ze hebben
er allebei belang bij.
De
rol van DFI's Development Finance Institutions bij de ontwikkeling
van PE in EM's wordt kort geroemd en als eerste zelfs de FMO, onze
eigen Financieringsmaatschappij Ontwikkelingslanden een
publiek-private (banken) ontwikkelingsbank. Ook OPIC, de FMO van de
VS wordt genoemd en haar recente investering van 300 miljoen US$ in
o.a. Sarona Management en 5 andere private investeringsfondsen.
Ook
wordt kort ingegaan op het slechte imago* van sommige PE actoren en
hun praktijken zoals Leveraged boy-outs met veel te hoge
schuldenlasten en “Strip & Flip” strategieën, en
boekhoudingstrucs met ongewenste bij effecten
Barrières
voor PE zijn: marktonzekerheden die risico met zich meebrengen,
regelgeving en (minimum) kapitaalvereisten (Basel I en II), gebrek
aan II ervaring en kennis bij traditionele institutionele
investeerders, the domestic bias Noot van de
Blogger, ik vraag me af of dit in dezelfde mate opgaat
voor Nederland(ers). Onze financiele markt is denk ik veel
internationaler gericht, zij het dat we met de Euro een
internationale markt hebben gekregen die valuta risico uitsluit
waardoor EM (en de VS en het VK) wellicht weer minder aantrekkelijk
werden.
Huiver
voor illiquiditeit (verhandelbaarheid), geen incentives om de
portfolio allocatie te wijzigen, de korte geschiedenis of de
afwezigheid van expliciete of relevante track records van PE in EM's
en andere fondsoverwegingen en (nog) in ontwikkeling zijnde II
meetmethoden.
*
De VBDO noemde haar eerste Nederlandse PE benchmark zie IINieuws
15feb2013 weinig tactvol: PE
The
future or the Vulture? Het
rapport (pdf) 12 pag. impactassets/Private
Equity in Emerging Markets, Exits
from Aid, Steps Toward Independence IssueBriefs 6 Andere
rapporten staan op impactassets.org/issue-briefs
Impact
Assets is een US non-profit financiële dienstenverlener opgezet
om (investerings) kapitaal aan te trekken (katalyseren) voor optimaal
milieu, sociale en financiële impact en zo de hardnekkigste
problemen van de wereld te helpen oplossen. Vice president en auteur
van de IA issue briefs is Jed Emerson bedenker van blended
value is
ook bekend als auteur van het II overzichtswerk Impact
Investing Transforming How We Make Money while Making a Difference
(Wiley,
sept 2011) zie IINieuws
15okt2011
of
PAGINA Gelezen-bronnen.
Zie
ook IINieuws-1nov12
over de EIRIS rapportage van (40) duurzame fondshuizen en hun asset
allocatie naar EM's sinds de crisis van 2008.
CASE
Plan
Nederland
Plan
steunt
kinderen in ontwikkelingslanden en geeft daarbij extra aandacht aan
de achterstand van meisjes, nu met de campagne tegen kindbruidjes.
Plan (International) is actief sinds 1937 voor de kinderen in de
Spaanse burgeroorlog en tijdens WOII in bezet Europa
(plan-international).
In 1975 werd Foster Parents Plan Nederland opgericht als lid
organisatie van Plan International. Vanaf 2002 wordt wereldwijd de
naam Plan gebruikt, met die van het land erachter. Plan Nederland is
bekend door de kindsponsoring. Kindsponsors (v/h Foster Parents)
worden via brieven en foto’s op een persoonlijke manier op de
hoogte worden gebracht van de situatie van hun sponsorkind.
Kindsponsors zijn de grootste donateurs voor projecten van Plan voor
kinderen in ontwikkelingslanden (naast sponsoring door bedrijven en
de overheid). Plan Nederland kan dankzij 77.000 kindsponsors en
27.000 projectsponsors, waardoor ruim 85.000 kinderen*, hun families
en gemeenschappen ondersteund worden. Donaties gaan, sinds begin
jaren ’80, niet meer direct naar de kinderen of hun familie. *
mijn schatting.
De inkomsten van Plan -dat lang een van de grootste fondsenwervers in Nederland was- lopen al jaren achteruit, recent sterk door de afbouw van overheidssubsidies. De verdubbeling van de inkomsten uit loterijen ('derden') maakten dit gedeeltelijk goed. In 2011 waren de inkomsten bijna 45 miljoen Euro, in 2010 nog 46,7 miljoen, in 2009 51,7miljoen euro en in 2009 61,6 miljoen. Het percentage kosten voor fondsenwerving loopt op, nu 9.5%, maar dat is netjes ivm flink DM&TM-ende (gezondheids) fondsen.
Het bestedingspercentage daalde naar 86,5%. 62% van het geld voor projectsponsoring wordt besteed voor kinderrechten*, 4% voor gezondheid, 11% voor water en sanitatie, 6% voedselzekerheid, 9% onderwijs en 2% milieu. JV 11-12 blz 220 (bijlage met toelichting thema's: * het beschermen van kinderen en vrouwen, bij gewapende conflicten, in de rechtspraak, in het kader van geboorteregistratie en tegen kinderarbeid, discriminatie, jong uithuwelijken, genitale verminking bij meisjes en vrouwen, kinderhandel en seksuele uitbuiting en geweld).
Vermogen
en beheer
De
fondsen en reserves van Plan bedragen volgens het CBF, het
centraalbureaufondsenwerving
9,5 miljoen Euro: 8,7 miljoen reserves en 772.000 geoormerkte
fondsen. In haar jaarverslag 2011-2012 staat dat Plan Nederland geen vrije reserves aanhoudt, zoals een continuïteitsreserve. Een continuïteitsreserve is bedoeld voor plotseling inkomsten daling, bijvoorbeeld bij negatieve publiciteit iets wat ook Plans meermalen is overkomen. Zonder continuïteitsreserve, meestal 6 maanden operationele kosten, moet een fonds snel de deuren sluiten tenzij in het geval van Plan de internationale organisatie bijspringt. Plan is lid van de VFI en volgt de richtlijn van hun reserves, nb daarin staat o.a. de mogelijkheid van bestemmingsreserves, zoals een continuïteitsreserve aan te houden, maar dat de geworven middelen zo snel mogelijk besteed moeten worden conform de doelstelling.
De inkomsten uit het vermogen van 9,5 miljoen Euro waren 180.000 Euro, circa 1,9%. Plan belegt namelijk niet (bjvoorbeeld in aandelen), het spaart of zet de liquide middelen op een deposito bij meerdere banken. Plan kiest voor bewust bankieren, men gebruikt hiervoor de (periodieke) beoordelingen van
eerlijkebankwijzer (maar is geen steunbetuiger) en mogelijke AAA rating (nb dit is gedateerd Rabobank is haar triple A rating kwijt door de nieuwe regels).
Plan heeft daarnaast niet-financiële criteria voor de keuze voor banken:
• De bank handelt niet in strijd met de universele rechten van de mens en de rechten van het kind (zoals kinderhandel en kinderarbeid);
• De bank wordt niet vervolgd voor schendingen van internationale humanitaire, milieu of financiële standaarden of verdragen;
• De bank ondersteunt geen productie van en handel in wapens, tabak of
alcohol;
• De bank is voldoende transparant over activiteiten in sectoren of regio’s waar schendingen van internationale standaarden regelmatig voorkomen. (JV 11-12 p.83-84)
Plan Nederland is een impact investor door haar bewuste bankenkeuze beleid. Plan zou actiever kunnen zijn als belegger en vooral impact investor omdat haar werkgebied en thema's naadloos aansluiten bij impact investing sectoren. Plan (International, UK) heeft een gecombineerde jaarrekening in Euro's met 633miljoen inkomsten en 3miljoen Euro investment income, dus binnen dit grotere verband wordt kennelijk ook niet belegd (gezien de lage inkomsten).
Noot van de Blogger: ik ben zelf bijna 25 jaar (Foster) Plan Parent geweest en onder de indruk van de (Duitse) campagnes ''because I'm a girl' en nu 'stop kindhuwelijken'.
Contact: impactinvestmentnews @ yahoo.com
Geen opmerkingen:
Een reactie posten