12 augustus 2013

Impact Investing Nieuws 15 augustus 2013

Deze keer: Bij Oikocredit bestelde ik Geld en Goed, lessen voor welwillende kapitalisten. Geschreven door journalist en theoloog Arjan Broers over de lessen van 'de diepe crisis van het kapitalisme van de vrije markt'. Hij interviewde economen Herman Wijffels (v/h Rabo- en Wereldbank, World Connector) en Esther-Mirjam Sent, filosofen Hans Achterhuis en Harry Kunneman, ethicus en econoom Edgar Karssing en theoloog Erik Borgman.

Opzet
Broers beschrijft de financiële-, krediet-, Euro-, banken- en economische-crisis sinds 2007 in hoofdlijnen en gaat dan uitgebreid in op de geschiedenis van impact first beleggingsfonds Oikocredit. Bijna de helft van het boek gaat over Oikocredit. Dat zag haar inleg sinds het begin van de crisis verdubbelen. Het versloeg met haar impact first vaste lage rendement van 2% (1,5%) opeens de markt en heeft nu de hoogste krediet rating door haar consistente uitkeringen. Voor het portret van Oikocredit interviewde Broers een (groot) aandeelhouder, treasurer Huub Lems van de Protestantse Kerk in Nederland en Oikocredit's (oud-)directeuren Gert van Maanen, Albert Hofsink (finance) en Ging Ledesma over de lange aanloop, innovatie en management.

Insteek
Broers begint met duiden van de crises als een serie crises van vertrouwen, in het financiële systeem, in zekerheden, in solidariteit, in fatsoen, in toezicht en contrôle systemen die als 'perverse prikkels' werkten en omzeiling stimuleerden i.p.v. de beoogde risico beheersing. Hij -theoloog- laat niet na te verwijzen naar het verhaal in het Oude Testament van de mensen die dansen om het gouden kalf (Exodus 32 in de voorleesbijbel). Met Hans Achterhuis discussieert hij over de vrije markt als ideologie, concept en vooral utopie en de prequel of grondslag van haar grondlegger Adam Smith The Theory of Moral Sentiments (korte beschrijving en de volledige tekst). Probleem, aanleiding voor de crises, was dat het evenwicht tussen (vrije) markt, staat en burgermaatschappij zoek is geraakt. En opvallend: retrospectief heeft de deregulering en stimulering van de vrije markt geleid tot door lagere mondiale groeicijfers, ook zonder de krimp tussen 2008 en 2012.

Broers sprak Mirjam Sent hoogleraar economie in Nijmegen die het beeld van de rationele homo economicus plaats in de context van emoties bij beslissingen, de complexiteit van veel keuzes omdat (geconstrueerde financiële) producten zo ingewikkeld zijn (gemaakt) en de schaalvergroting en efficiency processen die mensen ontheemd raken en ontworteld en daardoor hun zekerheden en gevoel van veiligheid kwijtraken.

Herman Wijffels, wijst op onze schuld(en) en vooral die van het interen op onze ecologische hoofdsom, de overbenutten van natuurlijke grondstoffen die soms niet hernieuwbaar en onvervangbaar zijn. Als de elite, leiders niet vooruitkijken en veranderen wil dreigt ineenstorting van beschavingen zoals dat ook in het verleden gebeurde.

De ethicus-econoom Edgar Karssing van Nijenrode is degene die verwijst naar de basis van Adam Smith Wealth of Nations en de onzichtbare hand van de markt: eigenbelang naast zorg voor naasten en de samenleving. Daarin kan geen optimale of maximale winst worden berekend in een economisch of financieel (data)model omdat er geen sprake kan zijn van evenwicht.. Hij noemt het binding van waarden ingebed in concrete organisaties.

De filosoof Harry Kunneman auteur van Voorbij het dikke-ik benadrukt het morele aspect maar wijst op de verheven houding van de ideologieën van de 19e en 20ste eeuw die zich als totaal oplossing presenteren en blind lijken te zijn voor eigen zwakke plekken en falen. Ook de vrije markt ideologie deed dit.

De theoloog Erik Borgman wijst op de (Nederlandse) moraal en het moralisme waardoor alles iets tot doel moet hebben en niks meer in zich zelf, intrinsiek waardevol is (m.u.v geld). De grondslag van het leven hier en nu is de weg die leidt naar verlossing en die van de financiële wereld is die van betrouwbare dienstverlening aan de samenleving (ipv zelfverrijking).

Oikocredit
Het tweede deel van het boek begint met een kroniek van Oikocredit, opgericht na een appèl door de Wereldraad van Kerken in 1968 en na mislukte pogingen in (West)Duitsland en Zwitserland in Nederland wel succesvol opgestart. En meteen al oecumenisch: van 'alle' kerken en gezindten. Het hoofdkantoor zit ook nog altijd in Nederland.

Grootaandeelhouder Huub Lems, namens de Protestantse Kerk in Nederland, vertelt over de voorzichtige eerste beleggingen en nodige trucs (subsidie); een illustratief voorbeeld van de impact first begin periode van microkrediet en haar sponsors. Lems betreurt de opheffing van het fiscale ten gunste van deze beleggingen regime. Hij wil ook Oikocredit kerkelijk houden als coöperatie, bijna als laatste bastion van haar diaconale bestaansrecht, maar benadrukt dat Oikocredit met haar lenersprimaat een uitzonderingspositie inneemt die ander (groot)banken nauwelijks meer kunnen evenaren.

De directeuren van Oikocredit vertegenwoordiger de eerste 4 decennia van Oikocredit, een als medeoprichter en na een carrière in de bankwereld (RvB ING) en van '94 tot '01 als directeur. Gert van Maanen noemt het succes van Oikocredit een onverwacht 'wonder' maar de baan een kolfje naar zijn hand. Hij benadrukt de rol van de regiomanager (en die van vrouwen als projectmanagers omdat zij crisisbestendiger zijn p.88), het (moraliserende en motiverende successen) verhaal voor de leners en de klant keuze: dorpen en coöperaties. Ironisch is het oordeel van financial consultants die het Oikocredit model, zonder onderpand maar op basis van basaal fatsoen, niet duurzaam noemden (p95). De beleggers en leningnemers waren een marginale uitzondering. Van Maanen noemt solidariteit een overlevingsconcept van armen en eigenbelang een product van welvaart. Oikocredit is ook uitzonderlijk door de grote hoeveelheid kleine beleggers.

Albert Hofsink, accountant en financieel directeur van Oikocredit die begon in de tijd dat alle klanten waar ook ter wereld 9% rente moesten betalen: een systeem dat verlieslatend en bovendien oneerlijk was door lokale, regionale renteniveaus. Ook betaalden de kredietinstellingen hun leningen in harde valuta terug hetgeen ze bij koersdalingen nekte waarop Oikocredit een Local Currency Risk Fund startte. FMO zette vervolgens haar The Currency Exchange Fund (TCX) op met hetzelfde idee. De obligatie portefeuille, opgezet als zekerheid voor de leningen portfolio is ondertussen gescreend en verbeterd door Ethibel die een meet instrument ontwikkelde voor duurzame ontwikkeling en rendeert nu extren beter als het 4F fund, fund for the fair future. Opmerkelijk in het gesprek met pragmaticus Hofsink vond ik de opmerking van de schrijver dat bij een interne discussie en innovaties, de realisten en idealisten de laatste te rigide bleken. (p.102). Hofsink dat het lastig blijft om naast financiële cijfers impact, andere vormen van winst te definiëren. 

De volgende directeur Ging Ledesma gaat dan ook over social performance & financial analysis. Haar functie begon als intern missiewerk en extern sustainabiíty PR werk maar is uitgegroeid naar onderdeel van het gewone werk en geen window dressing. Het is het verzamelen van data op basis van meetinstrumenten die ontwikkeld zijn om klanten te helpen (zich) duurzaam economisch te ontwikkelen.
Ben Simmis, managing director van '96 tot 1jan13, van huis uit ontwikkelingseconoom met de opdracht meer kapitaal aan te trekken. Sims de crises en de groeispurt van Oikocredit staat hij voor het dilemma meer dividend uit te keren en zo meer kapitaal aan te trekken. Toch worden de eigen reserves en capaciteit eerst versterkt en gekeken naar incentives voor innovatieve en trouwe partners als alternatieven in plaats van de aandeelhouders. Toch is men voorzichtig: de jaarlijkse 15% groei sinds het begin van de crisis is een verdubbeling in 5 jaar en dat is nauwelijks meer te managen zonder op alle fronten extra inspanningen te leveren.
En nu?
In het slothoofdstuk presenteert de schrijver een aantal thema's
1 Over risico: vertrouwen is ook een onderpand, maar klantgerichtheid brengt risico's mee;
2 Over relaties: partnerschap is bestendiger dan een klantrelatie;
3 Over waarde voor aandeelhouders en stakeholders;
4 Over groei en andere economische indicatoren;
5 over het verstandshuwelijk tussen ideaal en praktijk;
6 Over rijkdom: materiële schaarste en immateriële overvloed.

Conclusie
Een prettig leesbaar reflecterend retrospectief op de financiële crises, haar oorsprong en de rol van een impact first investeerder van wereldformaat. Extra leerzaam voor een finance-impact evenwicht of finance first impact investor als ondergetekende. Alsof impact investing niet ingewikkeld en veeleisend genoeg is, is het inbouwen van 'safeguards' noodzakelijk. Ook erg ongelukkig gezien de teneur van de visies op de rol van regels en contrôle mechanismen die de vrije markt hadden moeten ondersteunen.Voor Oikcredit is de werkende safeguard haar unieke ontstaansgeschiedenis en de eigen waarden die de koers bepalen. 

Ik kom zelf uit de wereld van goede doelen met missie, visie en strategie als richtinggevende beleidsinstumenten. Zolang activiteiten maar passen binnen deze drie, ofwel er is een soort ISO protocol is om dit te toetsen, dan zijn de grondslag, waarden en bedding redelijk veilig gesteld. Nb Als marketeer fondsenwervende communicatie voegde ik daar ''tactiek'' aan toe om de positionering en proposities te verankeren.

Over het percentage Vrouwen bij Oikocredit. In IINieuws 15juni13 staan IRIS facts & figures (Data Brief) over impact investing sector en dat slechts 2,5% van de medewerkers vrouw is. Oikocredit International vormt hierop gelukkig een grote uitzondering. Van de 250 medewerkers, waarvan 174 buiten Nederland, is 56% vrouw en 44% man. Van het management team (5 personen) waren 40% vrouw (2) en 60% man (3). Bij Oikocredit Nederland zijn 5 van de 7 medewerkers –waarvan 5 parttime-  (eind juli) vrouw. Per 1 oktober komt er een (vrouwelijke) medewerker bij. Dan zijn er dus 6 van de 8 medewerkers (75%) vrouw. Het aantal vrouwelijke medewerkers is een (van de vele) criteria waar Oikocredit bij kredietverlening aan haar 900 partners naar kijkt, maar het preciese aantal vrouwelijk medewerkers is niet bekend, maar zeker meer dan 2,5% Bron: zelfde-dag-antwoord-op-mijn-vraag mails van Oikocredit en jaarverslag 2012.

Noot van de Blogger: Op de PAGINA Charity cases O-N mijn case beschrijving van Oikocredit (bovenaan) of op IINieuws 24feb11. Update op IINieuws 1april13. Ook van de aandeelhouder, de Protestantse Kerk in Nederland ie fondsenwervendmerk KerkinActie maakte ik een portret Charity cases A-N (KerkinActie) of Charity cases O-N (Protestantse Kerk in Nederland).

Prijs 10 Euro, gebonden 152 pag. Links Oikocredit.nl/Geld-en-goed-lessen-voor-welwillende-kapitalisten en/of Arjan Broers (inlieiding) Bestellen: Oikocredit of Skandalon


1 augustus 2013

Impact Investing Nieuws 1 augustus 2013

II KEUZES mn private equity
Hieronder staan keuzen voor en van impact investeerders aan de hand van II marktdata. Omdat mijn interesse in impact investing wordt ingegeven door de ambitie zoveel mogelijk (particulier) kapitaal aan te trekken om impact op te schalen ligt de nadruk op Finance=Impact en Finance First Impact Investing.

De marktdata is verzameld door JP Morgan Social Finance en theGIIN in 2011 in 'Insight into the Impact Investment Market, An In-Depth Analysis of Investor Perspectives and over 2,200 Transactions'. (JP Morgan, 14dec11, pdf, 30 pag.) Zie ook JPMorganchase/socialfinance De deal data komen van 52 grote, ervaren en/of gespecialiseerde impact investors (mn Amerikaanse): leden van de Global Impact Investing Network (thegiin.org), Impact Assets50, een overzicht van 50 gespecialiseerde II asset managers en clientèle van JP Morgani. De respondenten hebben samen ongeveer 4 miljard US$ aan impact investments. Uit Nederland deden St DOEN, FMO, SNS AM en Triodos IM mee. Noot van de Blogger Nederlandse institutionele investeerders hebben samen een veelvoud aan best-in-class duurzame, ESG gerichte en/of impact investmentsii. Uit het onderzoekt blijkt dat de respondenten menen dat impact investing niet beleggen in public equity van best in class presterende duurzame bedrijven omvat. Jed Emerson van Impact Assets en ondergetekende delen deze mening niet.

Een Brits of Europees overzicht van impact investing deals ontbreekt helaas nog. Wel besteedde Eurosif, de Europese koepelorganisatie van organisaties voor beleggen in duurzame ontwikkeling zoals de Nederlandse VBDO eind 2012 in haar overzicht van Europese High Net Worth Investors speciaal aandacht aan impact investing: IINieuws 15nov12 Of: Eurosif.org/HNWI study 2012 (pfd 28 pag). Uit Nederland deden ABNMRO, Rabobank, BNP Paribas en Triodos Bank mee. Een totaal bedrag aan II kon ik niet vinden. Af en toe zijn cijfers uit deze studie afkomstig uit dit onderzoek. 

Noot van de Blogger: In dit overzicht ontbreken de investeringen in groene en hernieuwbare energie, clean&green tech. Omdat zij meestal niet in impact investing inventarisaties worden opgenomen, maar ze zijn het natuurlijk wel. Voor impact investors is het goed dat er de mogelijkheid tot meer spreiding is in een sector is met meer trackrecord. En veel meer keuze: sinds 2007 is ruim 4,1biljoen US$ geinvesteerd in zonne-, wind-, geothermische-, zee-, hydro-, en andere groenen sectoren. Bron:  The Global Climate Prosperity Scoreboard en  Wikipedia. 

KEUZES

Tussen haakjes staat het percentage impact investeerders dat deze keuze heeft gemaakt muv eindnoot 10 en 11 en 12 betreft de verwachting.
1
Impact doelstelling(en)
Menseniii     Mensen èn Milieu        Milieu     (Governanceiv)
(58%)                        (34%)         (8%)                 (?)

2
Metrics:
IRIS Impact Reporting Inv. Standardv    ander systeem     eigen systeemvi
(63%)                                                    (35%)                (15%)

3
Impact 1st Investingvii     Finance 1st Investingviii     Impact=Finance
                           incl Catalytic IIix                 (33%*)                        (46%)
                                  (21%*)
Voor alle categorieën geldt: de insteek is impact gericht: 66% wil financieel rendement opofferen voor meer impact, maar 60% denkt niet dat dat 'nodig' is....
* Beide categorieën optimaliseren hun prioriteit en hebben een minimum voor de 2e factor.

4
Finance 1st Impact = Finance
(46)
opties:
revolverendx
(nb)
of
vast % van de assetsxi
(1 à 5%)
of
her-allocatie assets
(naar 5 en 10%xii)
of
afromendxiii
(nb)
of

5
Emerging Marketsxiv      Developed Markets
(67% en 44% van het kapitaal)           (31% en 53% van het kapitaal).
                         30% Latijns Amerika (15%)           30% USA (51%xv)
                         12% SubSahara Afrika (7%)          1% West Europa (1%)
                         11% Oost Europa, Rusland 
                         en Centraal Azië (8%)
                         11% Zuid Oost Azie (6%).

In de Eurosif studie naar II door HNWI's in 2012 kozen zij voor Europa 29% (was 35% in 2009) en Emerging Markets 16% (was 13%). Noord Amerika 19% en 'binnenlands' -ergens binnen het Eurosif onderzoeksland- 22% (was 21%).

6
Sectoren
Microkrediet     Landbouw     Cross-sectoraal    Cleantech & energy    Anders    Huisvesting
(34%)              (15%)             (13%)                 (13%)           (12)             (7%)
% van het kapitaal:
(37)                 (6)                  (15)                    (6)                (10)           (21) 
In de Eurosif studie naar II door HNWI's in 2012 kozen zij voor microkrediet: 43%,, sociale ondernemingen: 33%, community investment: 20% en anders waaronder vastgoed: 3%. Nb Eurosif vroeg alleen naar de eerste 3 categorieën. (Pag. 13.)

7
Aard van de investering
schuld                      bezit
75%, en 62% van het kapitaal                      25%, en 38%van het kapitaal
      private debt 61%                                       private equity 38%**
                       waarvan senior debt 92%                           public equity 0%xvi
                       waarvan unsecured debt 59

** 94% van de equity investment en 93% van het kapitaal betreft een minderheidsaandeel in investee fondsen of ondernemingen. In de Eurosif studie naar II door HNWI's in 2012 kozen zij voor obligaties 25% (was 17% in 2009) en aandelen 33% (was 47%), private equity daalde van 15 naar 10%. (p. 13)

8
Internal rate of return (IRR)
opties:
Developed Markets Equity 19% (benchmark 29%)
of
Emerging Market Equity: 18% (benchmark 11%)
of
Developed Market Corporate Debt: 4% (benchmark 11%)
of
Emerging Market Corporate Debt 9% en de benchmark 9%.

9
Deal size: gem 2 miljoen US$***
>5 miljoen USD    <1 miljoen US$ tussen     1miljoen-500.000     USD <500.000 US$
(5%)                         (55%)                     (15%)            (40%)
*** investeringen in ii fondsen zijn gem 5 miljoen US$. 
 
10
Investees
Small Medium Sized Enterprise (70% en de 50% van het kapitaal)
i Een Europees overzicht van impact investing deals ontbreekt helaas nog, wel verzamelde Eurosif de koepelorganisatie van organisaties voor beleggen in duurzame ontwikkeling zoals de Nederlandse www.VBDO.nl eind 2012 data van Europese High Net Worth Investors.

ii Nederlandse institutionele beleggers zoals pensioenbeheerder PPGM, het ABP, Aegon, Robeco's dochter SAM hebben samen al 20 miljard euro aan impact investments, ESG investeringen of beleggingen met een hoge duurzaamheidswaarde hebben. Duurzame banken ASN Bank beheert miljard ruim 11miljard Euro en Triodos Bank 5,3 miljard Euro.

iii Onder ''mensen'' denk ik meer aan basisbehoeften zoals voedsel, microkrediet, financial inclusion, schoon water & hygiene, gezondheidszorg, algemeen en beroeps onderwijs, werk, maar ook welzijn, cultuur en sociale cohesie.

iv In de literatuur komt deze optie zelden voor toch voeg ik hem toe ivm de ESG methode en omdat ik onder governance ook impact investing gericht op democratisering, mensenrechten, media en informatie vrijheid etc vat.

v IRIS de Impact Reporting Inv. Standard is gekoppeld aan GIIRS het Global Impact Investing Ratins System een soort Moringstar voor impact investeringsfondsen en -bedrijven. De focus is nu nogal op Noord Amerika, maar de ambities om te groeien zijn zowel in kwantiteit als internationaal.

vi In Nederland werkt pensioenbeheerder PGGM met Dr Karen Maas van ErasmusCentre for Strategic Philanthropy aan een eigen impact metingsysteem meer in IINieuws 15jan12. Zij promoveerde in 200? o.a op onderzoek naar tientallen impact meting (CSR) systemen, meer in IINieuws 15juli2012.

vii Nederlandse/internationaal werkende voorbeelden zijn Oikocredit en PYMWYMIC van Frank van Beuningen.

viii Nederlands-Amerikaans voorbeeld is Robert Rubinsteins TBLI Triple Bottom Line.


ix Een term die ik voor het eerst tegenkwam in een publicatie van Georgette Wong's Correlation Consulting Insights and innovations: A Global Study of Impact Investing + Institutional Investors (april 2012). Om de ontwikkeling van een markt voor impact investing in een sector, branche of regio te stimuleren wordt financieel rendement opgeofferd. Een Amerikaans voorbeeld is de Omydiar Network, zie hierover de blogserie Priming the pump IINieuws 15okt12.

x Simon Wong schreef hierover een interessant artikel ''How institutional investors should step up as owners'' (sept 2010), inButterworths Journal on International Banking and Financial Law'', het artikel werd verkort overgenomen in de McKinsey Quarterly. In IINieuws 1nov2011

xiAntony Bugg Levine en Jed Emerson pleiten in hun impact investing handboek Impact Investing, Transforming how we make money while making a difference.  (7 sept. 2011, Wiley Ed. 306 pag.) voor 1% asset allocatoe naar impact investments. Nederlandse vermogende chari's als het Fonds 1818 en het leger des Heils streven naar 5% missie gerelateerd investeren (uit het vermogen).

xii Institutionele verwachten dat hun II de komende 10 jaar zullen groeien naar 5% van de portfolio en HNW investors naar 10%. Inde Eurosif studie naar SRI en II onder HNWI uit 2012 kwam naar vorne dat na enkele jaren experimenteren het aantal II's door HNWI versneld zal groeien.


xiii Zoals alle opties is hier de mogelijkheid te investeren in de supply chain, andere sectoren, branches en/of regio's.

xiv Microkrediet is een belangrijke sector binnen impact investing en m.i. Oververtegenwoordigd in de data, zoals ook in de laatste IEIS brief, meer in IINieuws 15juni13.

xv In de VS werd als II vaak en veel in social housing, sociale huisvesting geinvesteerd. De laatste jaren heeft community development met de focus op werk en inkomen een hoge vlucht genomen. Zie ook de verdeling over sectoren en de kapitaalintensiteit.

xvi Bij de respondenten bestaat dus de opvatting dat impact investing niet ook beleggen in public equity van best in class presterende duurzame bedrijven omvat. Jed Emerson van Impact Assets en ondergetekende delen deze mening niet.