Impact
als Essentiële
beleggersinformatie?
Deze
keer een betoog voor het toevoegen van impact
informatie aan de Essentiële
Beleggersinformatie, de Europese opvolger van de Financiële
Bijsluiter. Dit blog staat in hoofdpunten ook op: Slideshare.net/alcanne
Toegevoegd: een model bijsluiter geïnspireerd door Sonen Capital en de KL Felicitas Foundation zie IINieuws 15 juni14. NB ik kreeg als commentaar dat men aaneemt dat de hoge impact niveaus lagere rendementen impliceren. Daarom heb ik nadrukkelijker toegevoegd dat impact investing hecht aan financieel rendement, bij alle impact niveau's met uitzondering van niveau 6 waar men impact het belangrijkst vindt. Want, om Jed Emerson te parafraseren, rendement is risico gerelateerd, niet impact gerelateerd. Of in het Engels 'return ambitions are aligned with your risk appetite, not your impact appetite'. Van de 125 grootste impact investeerders is de helft in staat om impact en rendement in evenwicht te brengen. Sommige investeerders vinden impact het belangrijkst (impact first of catalytic impact investing in 'stars' of sectoren of regio's) en sommigen vinden rendement het belangrijkst (finance first). GIIN JP Morgan Perspectives on Progress 2014
Model impact bijsluiter
0 = dit beleggingsproduct streeft slechts naar financieel rendement.
1 = dit beleggingsproduct hecht aan financieel rendement en sluit schadelijke producten en sectoren uit.
2 = dit beleggingsproduct hecht aan financieel rendement en heeft Environment, Social & Governance risico's geïntegreerd.
3 = dit beleggingsproduct hecht aan financieel rendement en heeft Environment, Social & Governance kansen en beleid geïntegreerd.
4 = dit beleggingsproduct hecht aan financieel rendement en streeft naar oplossingen voor wereldwijde bedreigingen.
5 = dit beleggingsproduct hecht aan financieel rendement en streeft naar oplossingen voor basisbehoeften.
6 = dit beleggingsproduct hecht veel aan impact en kan hiervoor financieel rendement inleveren.
(Eigenlijk zou er ook nog -1 moeten zijn = dit beleggingsproduct investeert in verboden wapens en obligaties van totalitaire, ondemocratische regimes).
Toegevoegd: een model bijsluiter geïnspireerd door Sonen Capital en de KL Felicitas Foundation zie IINieuws 15 juni14. NB ik kreeg als commentaar dat men aaneemt dat de hoge impact niveaus lagere rendementen impliceren. Daarom heb ik nadrukkelijker toegevoegd dat impact investing hecht aan financieel rendement, bij alle impact niveau's met uitzondering van niveau 6 waar men impact het belangrijkst vindt. Want, om Jed Emerson te parafraseren, rendement is risico gerelateerd, niet impact gerelateerd. Of in het Engels 'return ambitions are aligned with your risk appetite, not your impact appetite'. Van de 125 grootste impact investeerders is de helft in staat om impact en rendement in evenwicht te brengen. Sommige investeerders vinden impact het belangrijkst (impact first of catalytic impact investing in 'stars' of sectoren of regio's) en sommigen vinden rendement het belangrijkst (finance first). GIIN JP Morgan Perspectives on Progress 2014
Model impact bijsluiter
0 = dit beleggingsproduct streeft slechts naar financieel rendement.
1 = dit beleggingsproduct hecht aan financieel rendement en sluit schadelijke producten en sectoren uit.
2 = dit beleggingsproduct hecht aan financieel rendement en heeft Environment, Social & Governance risico's geïntegreerd.
3 = dit beleggingsproduct hecht aan financieel rendement en heeft Environment, Social & Governance kansen en beleid geïntegreerd.
4 = dit beleggingsproduct hecht aan financieel rendement en streeft naar oplossingen voor wereldwijde bedreigingen.
5 = dit beleggingsproduct hecht aan financieel rendement en streeft naar oplossingen voor basisbehoeften.
6 = dit beleggingsproduct hecht veel aan impact en kan hiervoor financieel rendement inleveren.
(Eigenlijk zou er ook nog -1 moeten zijn = dit beleggingsproduct investeert in verboden wapens en obligaties van totalitaire, ondemocratische regimes).
For my English speaking readers: an impact indicator for investment products inspired by Sonen Capital and the KL Felicitas Foundation, more in IINews 15june14. Because people sometimes assume that high impact levels imply low returns I have added 'I care about financial returns' in all the impact levels (apart from level 6, the only level where it is not balanced because impact is. I quote, because I agree with Jed Emerson, 'return ambitions are aligned with your risk appetite, not your impact appetite'. Half of the largest impact investors surveyed by theGIIN and JP Morgan state they mange to balance impact and return. Some
value impact over return (impact first or catalytic impact investors
investing in 'stars' or sectors or regions) and some value return over impact (finance first). GIIN JP Morgan Perspectives on Progress 2014
0 = I just care about financial returns
1 = I care about financial returns and do not invest in harmful industries and products
2 = I care about financial returns and Environment, Social & Governance risks
3 = I care about financial returns and Environment, Social & Governance returns
4 = I care about financial returns and global threats and solutions
5 = I care about financial returns and peoples basic needs
6 = I want to invest in impact & am willing to give up return
(Formally there could be -1 = I'll invest in anything: even illegal weapon builders, totalitarian regimes etc)
0 = I just care about financial returns
1 = I care about financial returns and do not invest in harmful industries and products
2 = I care about financial returns and Environment, Social & Governance risks
3 = I care about financial returns and Environment, Social & Governance returns
4 = I care about financial returns and global threats and solutions
5 = I care about financial returns and peoples basic needs
6 = I want to invest in impact & am willing to give up return
(Formally there could be -1 = I'll invest in anything: even illegal weapon builders, totalitarian regimes etc)
Bijsluiters
De financiële bijsluiter bestond van 2002 tot 2012 en is na de financiële crisis toegespitst op het onderdeel risico. Sinds juli 2012 wordt volatiliteit (beweeglijkheid) van het rendement over de afgelopen vijf jaar nadrukkelijk als risico kenmerk getoond. Voor ideële beleggings-instellingen die een vast percentage uitkeren en de rest herinvesteren, zoals Oikocredit betekende het dat hun risicocijfer daalde. Voor Oikocredit van 7 (hoog) naar 1 (laag). (Zie IINieuws 15sept12)
De financiële bijsluiter bestond van 2002 tot 2012 en is na de financiële crisis toegespitst op het onderdeel risico. Sinds juli 2012 wordt volatiliteit (beweeglijkheid) van het rendement over de afgelopen vijf jaar nadrukkelijk als risico kenmerk getoond. Voor ideële beleggings-instellingen die een vast percentage uitkeren en de rest herinvesteren, zoals Oikocredit betekende het dat hun risicocijfer daalde. Voor Oikocredit van 7 (hoog) naar 1 (laag). (Zie IINieuws 15sept12)
De
Financiële bijsluiter
werd in haar eerste versie ontwikkeld om 'complexe
financiële producten met elkaar te kunnen vergelijken'.
Hij was bedoeld om beleggers naast de uitgebreide prospectus de
mogelijkheid te geven om verschillende producten te benchmarken. De
focus was
op: doel, risico, looptijd, beëindigingsclausules,
de diverse kosten en wat het product mogelijk opbrengt, met
(voorbeeld) rendementen. De essentiële
beleggersinformatie presenteert: doelstellingen en beleggingsbeleid,
risico en opbrengstprofiel, kosten, in het verleden behaalde
resultaten en praktische informatie (over de bewaarder, de uitgever,
de vindplaats van de prospectus etc.)
Een Impact
bijsluiter voegt hier de mogelijkheid
van vergelijken op 'impact'
aan toe door onderbouwde en transparante impact data. De focus
kan zijn op sector
(basisbehoeften en impact katalysatoren), bedrijfsvoering
zoals thema's als : Environment, Social,
Governance (ESG)
en
Corporate Social Responsability
(CSR) waarbij ik dan vooral denk
aan de uitstraling naar het wereldwijde werkterrein, productie
locaties en filantropische activiteiten. In mijn ideale impact
bijsluiter is ook de opschalingspotentie
van (de specifieke) impact opgenomen. Vanwege het essentiële
belang van werk & inkomen
pleit ik ook voor toevoeging van deze data incl. productiviteit.
Ook bij impact is
sprake van variërend
risico en rendement (dat de beoogde
impact wordt behaald en tegen welke kosten?) en specifieke impact
kosten (bijv. voor impact rapportages
en technische assistentie bij achterblijvende prestaties). Zie verder
hieronder de paragraaf een 'social
fact sheet' voor een concreet
voorbeeld van impactmeting door vermogensbeheerder PGGM.
Uiteraard is er
naast de impact bijsluiter een
uitgebreide
prospectus met daarin gedetailleerde
gegevens over de impact ambities en bedrijfsvoering van het
beleggingsproduct, net zoals die er is in de essentiële
beleggersinformatie.
Wat
is de toegevoegde waarde?
Een
impact bijsluiter volgens dit model is voor alle duurzame beleggers
die 'do
good'
nastreven een stap vooruit is omdat het inzicht geeft in de focus op
impact thema's, de eventuele impact mix (en synergie) en de omvang
van de impact (kwalitatief en kwantitatief bereik).
Het
huidige aanbod
In
de marktpraktijk is duurzaam beleggen nog steeds grotendeels een
uitsluitingsstrategie
van
-1-
bedrijven in verboden wapentuig ('compliance'':
het uitvoeren van internationale en nationale wetgeveing), -2-
zaken
die levensbedreigend en ongezond zijn* en -3-
bedrijven
die niet duurzaam produceren. Deze 3 varianten van duurzaam beleggen
leveren als 'winst' vooral 'do
less harm'.
*Bijvoorbeeld
uitsluiting van AGTAF:
Alcohol, Gambling, Tobacco, Adult Entertainment en Firearms.
Bedrijven
die niet duurzaam produceren zijn bijvoorbeeld mijnbouw- en fossiele
energie bedrijven die milieuschade aanrichten en/of mensenrechten
schenden.
Best-in-class
investeren
Naast
uitsluiting van schadelijke bedrijven is er best-in-class
investeren:
in duurzame
'leiders'
opgenomen in duurzaamheid-indices omdat zij door hun bedrijfsvoering
aantrekkelijk(er) zijn voor duurzame investeerders en de aanbieders
van duurzame beleggings-producten. Duurzaamheid beoordeling is vaak
gebaseerd op het beleid (en de vooruitgang) van key
performance indicatoren
in het productieproces zoals arbeidsomstandigheden en mn veiligheid,
grondstoffen-, water- en energiegebruik, productkwaliteit etc. Dat
kan
bij
grote multinationals
grootschalige effect(en) opleveren op het gebied van water-, energie-
en grondstoffenbesparing, veilige arbeidsomstandigheden en het
voorkomen van mensenrechten-schendingen, corruptiebestrijding en
belastingafdracht om maar een paar impact factoren te noemen. Deze
strategie is onder andere in zwang bij fondsenwervende instellingen
(goede doelen)** mede op basis van het werk van Michael Porter en in
Nederland door prof. Harry Hummels (SNS II) uitgewerkt in de
handreiking Verantwoord Vermogensbeheer voor hun 'club' de VFI. Goede
doelen maken hun jaarverslagen en -rekeningen en vermogensbeheer vaak
openbaar, of de best-in-class trend ook bij andere duurzame beleggers
speelt weet ik niet. NB per 2014 zijn alle ANBI (Alg. Nut Beogende)
Instellingen verplicht hun jaarverslagen en -rekeningen openbaar te
maken, dat kan voor vermogensfondsen -die over het algemeen niet erg
transparant zijn getuige hun beperkte deelname aan de
Transparantieprijs- veel nieuwe gegevens opleveren.
**
Bron: NB Dat is mijn indruk op basis van een paar dozijn cases op
impact investing nieuws (Pagina's: Charity Cases A-N en O-Z.
***Vereniging van Fondsenwervende Instellingen op basis van een
handreiking door o.a. Prof Harry Hummels (SNS Impact Investment AM,
de Universiteit Maastricht en Global Impact Investing Network,
theGIIN). VFI/Handreiking
(pdf, 5 pag.)
Do
good?
Voor
impact en 'do
good'
ambities interessanter zijn
de duurzame
beleggingsproducten
die worden aangeboden door bijvoorbeeld Nederlandse gespecialiseerde
partijen als Triodos en ASN Bank, RobecoSAM, Double Dividend en Think
Capital (etf's). Zij focussen vaak op duurzame sectoren -maar niet
altijd- en best-in-class
bedrijven. Maar ook voor deze aanbieders is het lastig om de complete
impact van hun producten concreet te maken of de mate van impact van
hun verschillende producten te berekenen. (Skypegesprek met Dr.
Kellie Liket, ERIM promovenda op impactmeting, zie
IINieuws-15april14)
Noot
van de
Blogger:
De verdeling van investeringen over diverse thema's lijkt dan meer
ingegeven door spreidings- en rendement overwegingen van traditioneel
-en verstandig- vermogensbeheer dan door de optimale impact te
hebben. NB
Triodos bank maakt(e) wel impact rapporten voor haar
beleggingsfondsen op basis van IRIS,
de Impact Reporting Investment Standard een zeer kwantitatief
gefocused meetsysteem
dat op vrij grote schaal gebruikt wordt en de basis vorm voor GIIRS,
het Global Impact Investment Rating System een standaard voor impact
benchmarking. Bron:
IRIS.thegiin.org/triodos-investment-management
Ik denk niet dat ik Kellie Liket onrecht doe als ik haar schaar in de kring wetenschappers en thought leaders die naast kwantitatieve impact data het belang benadrukken van kwalitatieve impact. Nelleke Jakobs van MVO Nederland schreef recent een illustratief stuk in P+ Magazine over het verschil tussen ''data'' (Excell, cijferaars) en ''effect'' (Word, vertellers) typen mensen Zie P-plus/keurmerkenstrijd.
Ik denk niet dat ik Kellie Liket onrecht doe als ik haar schaar in de kring wetenschappers en thought leaders die naast kwantitatieve impact data het belang benadrukken van kwalitatieve impact. Nelleke Jakobs van MVO Nederland schreef recent een illustratief stuk in P+ Magazine over het verschil tussen ''data'' (Excell, cijferaars) en ''effect'' (Word, vertellers) typen mensen Zie P-plus/keurmerkenstrijd.
Impact
sectoren
Een derde variant van 'do good'
duurzaam beleggen is het investeren in impact sectoren die
produceren voor de basisbehoeften van mensen (voedsel, water, schone
energie, huisvesting, zorg, onderwijs etc.) en/of in arme of
achtergebleven regio's zoals het verlenen van microkrediet, opkomende
markten, arme doelgroepen, eerlijke handel of community
development, biologische landbouw en veeteelt of duurzame
(bedrijfs)huisvesting in ontwikkelde markten. 'Zie hiervoor de PAGINA
een
impact investment portfolio. Het (groeiend) aanbod van
beleggingsproducten van ASN en Triodos Bank en DoubleDividend
geeft een aardig inzicht in courante van (impact) thema's.
De
markt
De
(vraag)markt voor duurzaam beleggen wordt voor 90-95% gevormd door
institutionele investeerders zoals pensioenfondsen en verzekeraars
(Bron:
Eurosif-SRI-studies
met opvallende verschillen per (West) Europees land).
Zie IINieuws
15okt12.
Institutionele investeerders belegden al duurzaam en impactvol lang
voordat de term impact
investing
in 2009 werd bedacht. Maar op een mail die ik vorig jaar naar de
grootste Nederlandse pensioenfondsen en -hun vermogensbeheerders
stuurde met de vraag welk deel van hun portfolio impact investment
was bleven zij het antwoord schuldig. Zij hanteren veelal
verschillende definities van duurzaam of ESG geïntegreerd
beleggen en maar zelden de term impact investing. Een uitzondering
vormt Aegon, dat onderzocht in 2012 haar duurzaam beleggingsbeleid en
praktijk met als kernvragen:
wat
is AEGON's definitie van II?, wat doen we al aan II? En (hoe) Kunnen
we meer doen? (Zie
IINieuws
1mei2013)
A Social
fact sheet
Ook
vermogensbeheerder voor pensioenfondsen PGGM is actief, het
ontwikkelde in 2012 een impact meetsysteem de Social
Impact Fund Factsheet.
Een ‘social
fact sheet’
die de maatschappelijke impact van investeringen voor fund managers
in kaart brengt ter aanvulling op het ‘financial
fact sheet’. De
factsheet werd ontwikkeld met Dr Karen Maas die in 2010 op
impactmeting promoveerde (Zie IINieuws
15juli12
en IINieuws
15jan14
> PGGM meet impact) of EUR/impact_measurement).
In de meet-methode aandacht voor (ESG) terreinen Werkgelegenheid;
Lokale ontwikkeling;
Capaciteitsopbouw; Empowerment;
Gezondheid en veiligheid; Grondstofgebruik; Ecosystemen; Afval en
uitstoot. In
het PGGM Jaarverslag Verantwoord Beleggen 2011 staat op pag. 31 een
toelichting en op pag. 32 een fictief voorbeeld van een gerichte ESG
belegging. (Key Investment Impact, Key Impact Indicators en 'ongoing
discussions' zoiets als voortschrijdend inzicht en dialoog). Zie: PGGM
Verantwoord Beleggen Jaarverslag 2011. Zeer
actueel is dit Framework
stuk uit Mei 2014 over Verantwoord Beleggen: (pdf, 21 pag.)
met alle activiteiten vasn PGGM op dit gebied. Link PGGM/Responsible
Investment Implementation Framework
Vraag
van de Blogger:
De
methodiek is er al, de vraag is of PGGM de factsheet ter beschikking
wil stellen voor een impact bijsluiter.
5%
van de particulieren belegt duurzaam
Niet te verwarren met de 5% van de
duurzame markt die niet institutioneel is; bijna 5% van de
particuliere huishoudens in Nederland belegt duurzaam. De
Vereniging van Beleggers in Duurzame Ontwikkeling onderzoekt dit elk
jaar met medewerking van de grote Nederlandse banken en uiteraard de
duurzame darlings
ASN (1,8miljard, want het beheert mn spaargeld) en Triodos bank
(2,5miljard euro, idem) die elk jaar flink groeien. Bron:
VBDO/markt-voor-duurzaam-sparen-en-beleggen-2012.
Het rapport particulier duurzaam sparen en beleggen over 2013 is nog
niet uit, maar ABNAMROMeesPierson (partner van Triodos bank) zag haar
voor particulieren duurzaam beheerde vermogen met 25%
groeien in 2014. Zie IINieuws-1feb2014
Impact
sectoren: track record en rendementen
Traditioneel
is er veel belangstelling voor investeren in hernieuwbare
en schone energie
omdat met het opraken van fossiele brandstoffen het aanbod en de
kwaliteit zal afnemen en de kosten zullen stijgen waardoor de
energieprijzen zullen stijgen, terwijl de vraag naar energie zal
toenemen door het groeien van de wereldbevolking en de economische
ontwikkeling van opkomende markten. Vooral sinds het rapport van de
Club van Rome, maar ook 100 jaar geleden, wordt gezocht naar
alternatieve energiebronnen en energiebesparing(en). Maar er is met
uitzondering van hydro-energie (waterdammen die elektriciteit
opwekken) eigenlijk nog geen grootschalige en oneindige concurrerende
energiebron ontwikkeld. Zonne- en windenergie en andere exotische
alternatieven zijn duur(der) en werden/worden gesubsidieerd om hun
marktaandeel te laten groeien. Voor de meeste investeerders blijft
investeren in hernieuwbare schone energie het risico hoog en het
rendement laag. (Zie bijv de Korys, Colruyt Case in IINieuws
1mei14)
De
Deense Klimaat(verandering)scepticus
Bjorn Llomberg (ook initiatiefnemer van de Copenhagen Consensus zie
IINieuws-1juni12
> II thema's) verwijst in zijn tegengeluid richting de
klimaatlobby naar de RENIXX, een wereldwijde index voor duurzame
energiebedrijven, die sinds 2002 slechts 30% waard is geworden
(Financieel Dagblad 26mei14). Een schrijnend Nederlands voorbeeld is
het faillissement van Econcern van 'duurzaamheidsgoeroe
Ad van Wijk*'
dat actief was in
wind- en
zonne-energie, biobrandstoffen en elektrische auto´s. Meer
op
Econcern-aansprakelijk-gesteld
Over doorgestarte –door Eneco overgenomen- bedrijfsonderdelen lees
*ManagementTeam/de-florerende-brokstukken-van-het-failliete-Econcern
Noot
van de Blogger:
De decennia lange focus op schone en hernieuwbare energie heeft
ondanks de wellicht financieel teleur-stellende resultaten, ook een
beweging mede gecreëerd
gericht op green & clean technology, alternatieve grondstoffen,
grondstoffen besparing en recycling. Allemaal (sub)sectoren met
impact. Deze beweging kent haar eigen innovaties, succesvolle
start-ups en pioniers, maar is ook omarmd door gevestigde
ondernemingen die mede op basis van deze activiteiten hun
bedrijfsvoering hebben verduurzaamd. The GreenTransitionScoreboard
verzamelt jaarlijks financiële
data over particuliere -niet institutionele- investeringen in de
transitie naar een groene wereld met uitsplitsing naar sectoren en in
2013 aandacht voor water(technologie). Uit concurrentie-overwegingen
worden informatie over groene investeringen niet openbaar gemaakt,
bijvoorbeeld in de auto-industrie een van de grootste investeerders
in Green R&D. De sub-sectorale verdeling van groene particuliere
investeringen in 2013 (sinds de start in 2007) was: Hernieuwbare
energie (2.6biljoen
US$),
Energie Efficiency (1.1biljoen US$), Groen Bouwen (512miljard US$),
Water (480miljard US$), Groene R&D (363miljard US$) en Cleantech
(miljard US$258). Zie Ethicalmarkets/Green-Transition-Scoreboard
voor het laatste rapport dd 31mrt140 (nog niet besproken op IINieuws)
Microkrediet
Een
traditionele impact sector die ongeveer 50 jaar geleden ontstond,
maar uit geheel andere motieven, is die van het
microkrediet (verlening):
piepkleine leningen, kredieten voor kleine (ZZP) ondernemers. Een van
de geestelijk vaders is MuhammadYunus
die de Nobelprijs voor de Vrede (!) kreeg voor zijn werk voor armoede
bestrijding door de kredietverlening door de Grameen bank in
Bangladesh. In Nederland werd microkrediet na een oproep van de
Wereldraad van Kerken omarmd door mn Protestantse kerk(gangers) die
een steunvereniging oprichten voor Oikocredit.
Dat is
nu een van de grote microkredietfondsen in de wereld met bijna
600miljoen euro vermogen (en in Nederland gevestigd). In de
microkredietsector ging -na decennialange subsidiëring-
anno 2011 zo'n 80miljard
euro
om, waarvan 25miljard in internationaal microkrediet en met een
Nederlands marktaandeel van zo'n 8,4% of 2,1 miljard euro.
Nederlandse commerciële,
minder en niet commerciële
partijen zijn nl. zeer actief geweest in het stimuleren van de
ontwikkeling microkrediet. ING publiceerde hierover A
Billion to gain: Dutch contributions to the microfinance sector.
(Zie IINieuws-15maart12
en/of ING/ABilliontoGain
(pdf, 81 pag.)
Microkrediet
bereikt tegenwoordig ruim 100miljoen
mensen en is geëvolueerd
naar een sector waar hard gewerkt wordt aan professionalisering,
certificering, zelfregulering, consumenten-bescherming en aandacht
voor intern (MIXMarkets.org) en (wetenschappelijk) onderzoek naar de
totale impact van de sector, dus kwaliteit èn
kwantiteit en (ongewenste) neveneffecten. De Verenigde naties heeft
het als thema omarmd (2005) en Koningin Máxima
gevraagd als haar ambassadrice op te treden.
Het
succes van microkrediet heeft navolgers die investeren in het creëren
van markten voor microhypotheken, microverzekeringen voor onroerend
goed, bedrijfsmiddelen, gezondheid etc. Deze sub-sectoren doorlopen
hun eigen ontwikkelingsproces dat ogenschijnlijk even traag gaat als
de ontwikkeling van microkrediet, met enkele schitterende
uitzonderingen zoals Leapfrog Investments dat zich richt op impact
opschaling: grote aantallen cliënten
tegen kleine marges. (Zie IINieuws-1sept13
> Media > Devin Thorpe op Forbes.com)
Duurzame
(multinationale) bedrijven
Ik
noemde het al eerder als beleggingsoptie, maar de trend om bedrijven
en de bedrijfsvoering te verduurzamen ontstond zo'n 25 tot 30 jaar
geleden. Wetenschappelijk onderzoek naar het rendement van duurzaam
beleggen geeft een wisselend beeld, lang was er het vooroordeel dat
voor duurzaam rendement financieel rendement moest worden ingeleverd.
Een visie die trouwens ook bij private
equity impact investing
overheerste maar de laatste jaren wordt losgelaten. Impact en
rendement kunnen prima hand in hand gaan volgens de
praktijkbeoefenaars. (Zie IINieuws15mei14
> Spotlight
on the market
door JP Morgan en de GIIN)
Eind
2011 publiceerden onderzoekers van Harvard BU en London SoE een
retrospectief onderzoek naar het financieel rendement van duurzame
bedrijven waaruit bleek dat duurzame
koplopers financieel beter presteren.
(Zie IINieuws
15jan12)
en meer goedkoper geld voor duurzame bedrijven betekent meer ruimte
voor R&D, innovatie en
opschaling.
(Zie IINieuws-15feb14
> Quote van de Blogger nav Academia Serafeim, Ioannou etc)
Noot
van de Blogger:
jammer genoeg kan ik geen financiële
data vinden over de kapitalisatie, de marktwaarde van duurzame
koplopers, de bedrijven die zijn opgenomen in de diverse indices.
Wellicht dat de overlap van de verschillende indices en de index
families een berekening erg lastig maakt.
Financieringsproducten
met impact
Intro
van de Blogger: Ik ben academisch gevormd in Strategieën
en trends in ontwikkelingssamenwerking 1964-1982 (RUG PolHistDrs) en
the Politics of Alternative Development strategees
(Erasmus InstituteofSocialStudies, Master) met een post-doc
Internatinaal Law & the Organization (EISS toehoorder). Daarin
spelen grote multilateriale ontwikkelingsorganiszateis en hun
beleid(bijstellingen) een grote rol. Lees bijvoorbeeld de wikipagina
over de Wereldbank
En
wellicht ben ik erg gefocused op recente ontwikkelingen binnen
duurzaam en impact investing (met de focus op public equity en kleine
beleggers) omdat ik pas sinds januari 2011 Impact Investing. Maar ik
vind de ontwikkelingen van nieuwe financieringsproducten met impact
als doel of als marketingstrategie heel spannend en hoopgevend.
Financieringsproducten
voor impact zijn zowel al bejaard als hip&
hot.
De Wereldbank
(WB), officieel de Internationale Bank voor Herstel en Ontwikkeling
(IBRD),
is opgericht in 1944 en is de grootste 'impact' financier. Het is een
onderdeel van de Verenigde Naties en heeft 1888 landen als leden.
Haar missie is: ending
extreme poverty and boosting shared prosperity.
NB Hoewel alle WB financiering voor ontwikkelingswerk is, noemt het zelf apart duurzame beleggings-producten (40miljard US$, Worldbank/sustainableproducts).
De
Wereldbank heeft ook een Europees zusje (EBDR,
1991, opgericht na(v) de val van de Berlijnse Muur en de bevrijding
van Oost Europa). De Europese Unie heeft ook een eigen bank, de
Europese
Investerings Bank
(1958) die groene ontwikkelingsobligaties uitgeeft, met voor
particulieren bereikbare nominale waarde en aantrekkelijke valuta
(euro).
Naast
de Wereldbank zijn er
regionale ontwikkelingsbanken
voor Latijns Amerika (1959), Afrika (1964) en Azië
(1966). Nederland
heeft een eigen publiek-private ontwikkelingsbank, vroeger de
Financierings Maatschappij Ontwikkelingslanden (1970) tegenwoordig de
Dutch
development bank
en befaamd binnen impact investing kringen vanwege haar innovatieve
manier van werken. (It)
invests
in companies, projects and financial institutions in
developing countries. Obligaties
zijn genoteerd aan de NYSE/Amsterdam: bond-directory
> FMO.
Er
zijn ook financieringsinstituten voor 'thematische' ontwikkeling
zoals de International
Finance Facility for Immunization,
voor wereldwijde vaccinatie programma's (2006). Het heeft 4,5 miljard
US$ opgehaald voo programma's van de Global Alliance for Vaccines
and Immunisation (GAVI).
In
Japan
zijn obligaties (uridashi)
voor groene,
sociale en her-opbouw doelen (na de Tsunami) beschikbaar voor
particulieren in Japanse Yen. NB Particulieren vormen in Japan 95%
van de duurzame markt en institionele investeerders 5%. Japanse particulieren hebben ruim 500miljard YEN duurzame obligaties (mn uitgegeven door de Wereldbank en de regionale ontwikkelingsbanken). (Zie IINieuws-1okt13)
Groene
of klimaat bedrijfsobligaties
Recent
ontstond een explosie van omvangrijke groene of klimaat-obligaties van
multinationals
voor vastgoed (Skanska, Unibail Rodamco), groene auto's (Toyota),
voedingsmiddelen (Unilever), groene energie (2,5miljard Euro van
GDF-Suez,
3x overschreven door institutionele investeerders hetgeen niet
ongebruikelijk is voor de groene corporate
bonds).
De Wereldbank verwacht dat in 2014:
50miljard US$
aan groene obligaties wordt uitgegeven. (Zie IINieuws-1april14)
Maar rekent dan (de eigen en) multilaterale ontwikkelingsobligaties mee: SP& verwacht 20miljard US$ aan corporate bonds mei 2014.
En niet onbelangrijk: 12 grootbanken, waaronder de Radobank, ondertekenden begin dit jaar de Green Bond Principles om eenduidigheid te verschaffen in de markt. (Zie ook IINieuws-1april14)
En niet onbelangrijk: 12 grootbanken, waaronder de Radobank, ondertekenden begin dit jaar de Green Bond Principles om eenduidigheid te verschaffen in de markt. (Zie ook IINieuws-1april14)
Charity
en Social Impact bonds
Veel
minder gekapitaliseerd en zich minder snel ontwikkelend is de Charity
en Social Impact Bond markt ontstaan in het VK (zoals de Peterborough Bond
tegen recidivisme uit 2009, nu 4 lopend en zo'n 10 in de pipeline).
Deze is al overgewaaid naar de de VS (2010 Rikers Island, New York),
Australië
en continentaal Europa: Nederland was de eerste in 2013 een SIB tegen
jeugdwerkeloosheid in Rotterdam, dec. 2013 ) gevolgd door België
in mei 2014 met een SIB tegen werkeloosheid van
vluchtelingen/immigranten. Zie
Pagina:
social impact en charity bonds
voor een overzicht.
De
Britse overheid is al zo'n tien jaar bezig om meer (particulier)
kapitaal naar sociale ondernemingen te leiden met de oprichting van
Big Society Bank (gefinancierd uit slapende banktegoeden) en Big
Society Capital, de investeringstak een en ander leiding van British
Venture Capitalist
Sir Ronald Cohen die o.a. VC onderneming Apax groot maakte. Er is
recent flink geïnvesteerd
in intermediairen die sociale ondernemingen helpen om investment
ready
te worden om het werk van BSC te stroomlijnen en te kunnen
concentreren op investeringsopties en kredietverlening.
Tot slot
Ik pleit voor een laagdrempelige
impact bijsluiter voor beleggings-producten, voor grote en kleine
beleggers, omdat het inzicht geeft in de impact voor mens en milieu
naar het financieel
rendement. Dat dit een golf van bewustwording en gedragsverandering
bij beleggers en bedrijven die kapitaal lenen zal veroorzaken beschouw ik als een
vorm van katalytic impact investment*.
*
Katalytic Impact Investments zijn impact investeringen waarbij op de
korte termijn financieel rendement wordt ingeleverd om de
ontwikkeling van een (investerings)markt in een (sub-)sector of regio
te versnellen. Met als bonus voor de katalytic impact investor dat
deze een voordeel heeft in zowel ervaring en sector/regio
deskundigheid als marktaandeel.